Boeken / Fictie

Nieuwe Japin is geen Hemingway

recensie: Arthur Japin - De man van je leven

Meer dan een miljoen boeken verkocht Arthur Japin in de afgelopen jaren, waarmee hij zich ontpopte tot een van de meest geliefde auteurs van het land. Hij kan het zich dus veroorloven om te experimenteren, maar dat stelt in het geval van De man van je leven teleur.

Zijn nieuwe boek zou een klucht worden, liet Japin begin dit jaar weten. Gebaseerd op iets dat hij ooit zag in een talkshow: een vrouw die terminaal ziek was en een vervangster zocht voor zichzelf, om haar plaats aan de zijde van haar man over te nemen wanneer zij er niet meer was. Een behoorlijk zwaar gegeven om ‘echt een komedie’ op te baseren. Zelfs Japin vraagt soms teveel van zichzelf.

De Dood als metgezel

In ‘de nieuwe Japin’ is Tilly al twintig jaar gelukkig getrouwd met Markus wanneer ze te horen krijgt dat zij terminaal ziek is, ze heeft kanker. Wanneer haar gezondheid bergafwaarts gaat besluit ze hun woning in de stad te verlaten voor hun huisje in de duinen. Kordaat als ze is vat ze het plan op om zichzelf op een datingsite uit te geven voor Markus en een vervangster te zoeken. Zo nodigt ze Iris uit, maar wanneer Iris aankomt in het strandhuis blijkt dat Markus en Iris elkaar maar al te goed kennen; hij heeft namelijk net een affaire met haar beëindigd.

Wat volgt is een krampachtige stoelendans, waarbij Tilly haar best doet Iris te interviewen voor de positie die zij voor ogen heeft. Ze introduceert Iris als jeugdvriendin bij haar man, die zich welhaast verslikt in zijn koffie wanneer hij zich denkt te realiseren dat zijn vrouw en zijn minnares elkaar al die tijd al kenden. Dit alles wordt door commentaar voorzien van De Dood zelf, die Tilly’s vaste metgezel is en graag zijn licht laat schijnen op het leven van ons stervelingen.

Tja, de liefde

De voorgaande romans van Japin, waaronder het veelgeprezen Een schitterend gebrek en Vaslav, bevatten veelal een biografische achtergrond die zich prima leent voor zijn wat formele schrijfstijl. De vlotte dialogen in De man van je leven doen dat echter niet. Het boek is te geconstrueerd voor de klucht die Japin voor ogen had en de gesprekken tussen Tilly, Iris en Markus zijn vooral ongemakkelijk, niet zozeer grappig. Dat de roman een mooie weergave is van de liefde in al zijn vormen – dat telkens terugkerende thema in de literatuur – kan het verhaal helaas niet redden.

Het is de liefde die de drie mensen tot vreemde, maar o zo begrijpelijke keuzes leidt­: Tilly en Markus die een jarenlange geschiedenis delen, Iris en Markus die tegen beter weten in een affaire beginnen. Om dat nog maar even te verduidelijken gooit Japin er wat symboliek tegenaan, zoals  de breekbare schelpen die Tilly en Markus opduiken op hun vakanties en de twee kreeften die ze samen van een restaurant hebben gered, tot er één sterft. ‘Het is de rauwe werkelijkheid waardoor een mens begoocheld raakt en afdwaalt van de kern, zijn liefde,’ verzucht De Dood. ‘Liefhebben is de illusie niet, maar leven.’ Daar is weinig komisch aan.