Boeken / Fictie

Een leven verwoest door ‘onze oorlog’

recensie: Erwin Mortier - De spiegelingen

In 2008 plaatste de Vlaamse Erwin Mortier zich met zijn roman Godenslaap in de hoogste regionen van de Nederlandstalige literaire wereld. Het boek won de AKO Literatuurprijs. Zijn nieuwe roman De spiegelingen is te zien als een vervolg.

Tijdens de tussengelegen jaren heeft Erwin Mortier onder andere vier boeken vertaald. Daaronder zijn de verhalen over de Eerste Wereldoorlog van drie verpleegsters, twee Amerikaanse en een Britse. Als vierde vertaalde hij de laatste roman van de Britse Virginia Woolf, Between the Acts uit 1941, vertaald als Tussen de bedrijven.

Na Godenslaap, waarin de Eerste Wereldoorlog ook een rol speelt, was Mortier dus nog niet klaar met het conflict dat voor zo ongeveer heel Europa behalve Nederland nog steeds ‘la grande Guerre’ is, ’the Great War’, de Grote Oorlog. Mortiers hoofdpersoon, Edgard Demont – de broer van de protagonist in zijn eerdere roman – noemt die oorlog consequent ‘de onze’.

Woolfs invloed
Het is niet toevallig dat Erwin Mortier een werk van Virginia Woolf heeft vertaald. Hij bewondert haar en uit Godenslaap en De spiegelingen blijkt ook hoe zeer hij door haar werk is beïnvloed. Woolf is één van de meest lyrische Engelstalige auteurs, die het leven van de ‘common reader’ probeerde te verwoorden. In haar bekendste roman, Mrs Dalloway (1925), laat ze zien hoe een gewone dag speciaal is: een dag in het leven, het leven in een dag.

Woolfs personages hebben te maken met een maatschappij die verandert en uit elkaar gescheurd wordt door oorlog. In De spiegelingen is Edgard Demont Mortiers versie van de getraumatiseerde soldaat Septimus Warren Smith uit Mrs Dalloway. Bijna was hij gestorven door een granaataanval, maar hij heeft het overleefd. Het heeft Edgard een getekend lichaam opgeleverd, en een getekende geest. De spiegelingen is een ontzettend lijfelijk en zintuiglijk boek, gevat in zinnelijke taal.

Beginnen te herinneren
Net als Godenslaap waaiert De spiegelingen uit tot decennia na het einde van de oorlog. We lezen de gedachten en de bespiegelingen van Edgard, en een enkele brief. Mortier is een taalmeester; Edgard is met eenzelfde vaardigheid behept als zijn zuster Hélène. Misschien vervatten deze woorden nog wel het beste hun taalfilosofie:

Wat er gebeurt staat altijd buiten ons. Wanneer we over wat er gebeurd is vertellen, wanneer we de punt van de pen neerlaten op het onbeschreven vel, sleuren we het nog onverhaalde bij de enkels ons bewustzijn binnen.

Het roept de beginzin van Godenslaap in herinnering: ‘Ik heb altijd gehuiverd voor de daad van het beginnen.’ Maar zowel Hélène als Edgard beginnen en vertellen hun geschiedenis.

Edgards leven is uiteengeslagen door de Eerste Wereldoorlog. Om de littekens op zijn lichamen te compenseren, zoekt hij zijn heil in de (lichamelijke) liefde. Het verloop van De spiegelingen kan gegeven worden aan het verloop van Edgards minnaars: er is Pierre, mede-soldaat en later huismeester, er is Matthew, de man van zijn zuster, en later zijn neef Paul, er is de Duitse Heinz, en aan het einde is er een Japanner. Met de geografie is het net zo: na de oorlog is Edgard in België en Duitsland, vanaf 1940 in Londen en later in de roman gaat hij naar Japan. De enige man die geen minnaar wordt, Charles, wordt later nationaalsocialist, al is dat subplot niet erg goed vormgegeven.

Edgards herinneringen liggen gevat in de taal. Ze bestaan misschien ook alleen maar als woorden. Zo worden zijn herinneringen wie hij is. Het verklaart waarom de vaart van de roman er richting het einde wat uitgaat: het herinnerde ligt in een (ver) verleden, wordt in een zekere zin steeds meer taal, steeds meer een verhaal. Een aantal titulaire spiegelingen komt langs: scènes die eerder ook beschreven zijn, maar anders verwoord, in een lichtelijk veranderde context.

Broer en zus
Waar Godenslaap met zijn titel een mythisch en transcendent landschap oproept, streeft naar het allergrootste en allerhoogste, duidt De spiegelingen op een introverter, ingekeerder werk. De eerste roman was vernieuwender, overdonderde meer in zijn opzet en taalgebruik. De spiegelingen is een kleiner werk. De roman komt vermoedelijk nooit helemaal uit de schaduw van zijn grotere zus. Dat is niet helemaal terecht, want Mortier bewijst met deze roman wederom tot de beste auteurs van ons taalgebied te horen.