8WEEKLY

Interpersoonlijke en interdisciplinair

Artikel: De Parade Utrecht

.

Voor de vierentwintigste keer op een rij trekt het reizende theaterfestival de Parade met diverse tenten, dansers, muzikanten en acteurs langs de vier grote steden van Nederland. Momenteel staat de Parade in het Moreelsepark te Utrecht, om vlak bij Centraal Station het publiek te verleiden, verrassen en vermaken. De Parade zal nog tot 3 augustus in Utrecht staan om vervolgens verder te reizen naar Amsterdam, waar het festival op 24 augustus de tournee zal afsluiten. Na het

~

‘Een half uur vuige seks voor zeven euro, waar vind je dat nu nog?’ Zo prijst het Amsterdamse danstrio Blush, voortgekomen uit een door Bowie geïnspireerde fotoshoot van Erwin Olaf, hun voorstelling SEX aan. Voor de tent staat een afgetrainde jongeman met een zwarte balk voor zijn lendenen en voor zijn ogen. Het vooroordeel dat voorbijflitst: dit kan óf erg mooi worden, óf erg flauw. Gek genoeg was dit allebei het geval.

~

Het elektropoptrio Bastiaan uit Amsterdam timmert ambitieus aan de weg: ondanks dat ze net hun eerste EP uitgebracht hebben, staan ze nu al met de ‘elektro-opera’ Punt op de Parade. Beat en bas zorgen voor een solide basis, terwijl frontman Bas van Rijnsoever en producer Niels Kuiters met gitaar, percussie en elektronica de muziek subtiel transformeren tot een rijkelijk gevuld geluidslandschap. Van Rijnsoever houdt – met enige aanvulling van Kuiters – een monoloog als een stream of consciousness over het leven, de liefde, de herinnering en wat je al dan niet in een half uur durende lap tekst kunt inpassen. Vervelend wordt het nooit, want de beat houd je vast en de ogenschijnlijk betekenisloze kostuum- en lichtwissels geven een dynamisch podiumbeeld, maar de – al dan niet bewuste – platitudes van het kaliber ‘wat is het leven toch eigenlijk raar’ willen maar niet beklijven. Als de communicatie tevergeefs blijkt te zijn, zoekt van Rijnsoever zijn heil in een etherische, woordeloze zangsolo. De woorden vervagen, verliezen betekenis, het enige wat nog rest is de beat.  

Inperking of vrije val

~

Another Kind of Blue verkent de relatie van het individu met de technologie in Newton’s Duet, een voorstelling voor danser en drone. Solist Antonino Milazzo verkent zijn territorium, dat vanaf bovenaf gefilmd wordt en geprojecteerd wordt op het achterdoek. Het resultaat lijkt op een retrocomputerspel waarin Milazzo als een soort pacman zich een weg moet banen in een wisselend kader. Een dronevliegtuigje met het geluid van een legioen zoemende muggen houdt hem nauwlettend in de gaten. Technologie schept onze bewegingsruimte, ontlopen is niet meer mogelijk en de acceptatie van de danser voor de drone gaat uiteindelijk zo ver dat zij één worden. De choreografie van David Middendorp is een voortdurende onderhandeling tussen vrijheid en inperking, gevangenschap en vrije val. De bewegingen van Milazzo zijn minder imponerend dan die van de heren van Blush en soms wat repetitief, maar Newton’s Duet is conceptueel gezien de sterkste van de vier hier besproken voorstellingen. Het nare staaltje technologie achtervolgt me nog steeds in mijn dromen.

Kromme tenen
Club 27 door Van’tHofTheater is een bijzondere voorstelling, al is het alleen maar omdat acteurs en theatermakers van hoog niveau zo’n tenenkrommende voorstelling weten neer te zetten. Het uitgangspunt – de Club 27, de rocklegendes die allen net de achtentwintig niet haalden, kijken vanuit de hemel naar wat er van hun idealen over is – is origineel, maar stiekem ook heel stom. Vooraf is er echter de hoop dat Gerardjan Rijnders, toch niet de minste regisseur van het land, dit gegeven op een interessante manier naar zijn hand weet te zetten. De vergankelijkheid van opstand en maatschappelijke zeggingskracht zijn thema’s die in zijn regie van de Oresteia prikkelend theater opleverden. Club 27 is echter van begin tot einde een lijpe bonte avond voor babyboomers, inclusief de bekende hitjes die voorzien zijn van een nieuwe, jolige tekst en een zwalkende Amy Winehouse met botje in haar keel, om te gieren. Ondertussen liggen de muzikale referenties er veel te dik bovenop en wordt de thematiek onsubtiel over het publiek uitgestrooid. Zelfs als camp werkt de voorstelling niet, daarvoor is het nog net iets te zelfgenoegzaam. Toch zal deze voorstelling van al het bovenstaande het beste blijven hangen, plaatsvervangende schaamte hakt diep in op de ziel.