Muziek / Album

Vernieuwer raakt achterop

recensie: The Bug - Angels & Devils

.

Achter de omineuze naam ‘The Bug’ gaat de Brit Kevin Martin schuil. De beste man heeft in ruim twee decennia een imposant cv opgebouwd, vooral binnen het spectrum van de experimenteel angehauchte elektronische muziek. Daarbij zocht hij ook geregeld de samenwerking op met andere avontuurlijke musici, van hiphopvernieuwer EL-P tot Einstürzende Neubauten-lid Blixa Bargeld. Met dat in het achterhoofd valt Angels & Devils toch wat tegen; The Bug betreedt namelijk geen nieuwe paden op dit nieuwe album.

Angels


Angels & Devils is, ook indachtig de titel, gemakkelijk in twee helften op te delen. Op de eerste helft van het album (precies de eerste zes nummers) komt The Bug rustig en atmosferisch uit de hoek. Het langzame ‘Save Me’ is gewoon een beetje saai. Dat dit de Angels­-helft betreft is nog tot daaraan toe, maar de meeste nummers zijn allemaal erg braaf. Alleen ‘Mi Lost’ is echt noemenswaardig; dat is een elektronisch popliedje dat zo op de radio zou kunnen, maar ondertussen erg tegendraads in elkaar zit. Tikkende snares en ondefinieerbare, duikbootachtige geluiden geven het nummer iets onheilspellends, al voordat de track overgaat in een break waarin het refrein door een flink echo-effect gehaald wordt en de vocalen langzaam vervagen.

Het opvallendste van Angels is nog wel dat vooral de twee openingsnummers als een missing link tussen de latere Massive Attack en vroege dubstep klinken. Je zou die liedjes daarom eerder ergens tussen de jaren negentig en de tweede helft van de jaren ’00 plaatsen, dan in 2014. Dan kan er in het persbericht wel uitgebreid vermeld worden dat The Bug vooruitliep op de dubstep, maar dan is het een beetje pijnlijk als je anno 2014 wat gedateerd en niet absolumente moderne klinkt.

Demons

Pas bij nummer 7 krijgt The Bug echt de geest: ‘The One’ (met Flowdan) is een flinke energiestoot na het trage ‘Save Me’. Het daaropvolgende ‘Function’ (met Manga) gaat daar nog eens goed overheen met zijn diepe, vervormde bassen. De tweede helft van het album heeft een opgefokte hiphopvibe. Specifieker: de nummers ademen geregeld grime, het opgefokte bastaardkindje van de Britse undergroundhiphop en -dance. Vernieuwend is de Devils-helft evenmin, maar The Bug levert wel sterke nummers.

Het tempo ligt hoog, bassen en synthesizers worden door de distortion gehaald, en de sfeer is grimmig geworden, heel grimmig. De uitgenodigde gastrappers laten hun zware Britse of Jamaicaanse accenten op duizelingwekkend snelle tracks horen. Daarnaast doet de Amerikaanse formatie Death Grips mee op ‘Fuck a Bitch’, waarbij hun vrij extreme geluid helaas wat ingeperkt wordt om binnen het (overigens bepaald niet zachtzinnige) grimegeluid van de Devils-helft te passen.

Zijn voortrekkersrol is The Bug helaas kwijt en dat is jammer, maar niet onoverkomelijk. Dat de eerste helft van het Angels & Devils weinig indruk maakt, is een groter probleem, al zorgt de uitstekende tweede helft wel voor enige compensatie. Het Angels-deel krijgt een 6; Devils­ een 8. Gelukkig kun je altijd nog de skip-knop van je cd-speler gebruiken en gelijk inhaken op een heerlijk opgefokt grimefeestje.