Boeken / Non-fictie

Vrienden, banen en liefdes

recensie: Joost de Vries - Vechtmemoires

Hij was al criticus en redacteur bij De Groene Amsterdammer, schrijver van twee romans en nu is Joost de Vries ook de auteur van het ‘essayboek’ Vechtmemoires. Een meer dan welkome gast in het literaire landschap.

Joost de Vries (1983) schreef eerder twee romans: Clausewitz en De republiek, beiden enthousiast onthaald. Dat laatste boek leverde hem de Gouden Boekenuil op, de eerste de vergelijking met Harry Mulisch – door De Vries zelf gerelativeerd in een interview met de VPRO Radio: was zijn roman niet een paar weken na Mulisch’ dood gepubliceerd, dan was die vergelijking er niet geweest. En nu is er dan een verzameling essays, met de titel Vechtmemoires.

Wie Joost de Vries’ stukken in De Groene Amsterdammer volgt, zal in Vechtmemoires vaak bekende voorbeelden, thema’s en obsessies terugvinden. Voor dit boek heeft hij reeds eerder gepubliceerde artikelen samengevoegd, verbouwd en uitgebreid.

Katie Roiphe en Hilary Mantel

Vechtmemoires bevat twee soorten essays: enerzijds zijn er de meer literaire of culturele bespiegelingen, waarin De Vries oeuvres van gevierde schrijvers als Arnon Grunberg of Tommy Wieringa verkent; anderzijds meer persoonlijke stukken, over zijn vader of een bezoek aan een golftoernooi in de Amerikaanse staat Georgia. In de essays in deze laatste categorie probeert De Vries alledaagse observaties in een groter theoretisch verband te plaatsen, een diepere laag aan te boren. Hierin staat hij in de lijn van, of laat hij zich beïnvloeden door Amerikaanse essayisten als Katie Roiphe – door De Vries vaak aangehaald, en waarschijnlijk ook bewonderd.

In ‘Koninklijke baarmoeders’, over Wolf Hall en Bring Up the Bodies van Hilary Mantel, komen deze twee aanpakken samen. Uitgangspunt hierin is het veelvuldig besproken en foutief begrepen essay dat Mantel vorig jaar publiceerde over Kate, vrouw van toekomstig koning William. Dit essay verbindt De Vries met Mantels Cromwell-romans en de rol die vrouwen als Anne Boleyn en Jane Seymour daarin spelen. Dit essay werkt, omdat het laat zien hoe de anderszins gescheiden werelden van literaire analyse en persoonlijke wereld zich in Mantels schrijven op eenzelfde manier uiten.

Ironische seks en eenzaamheid

In De Vries’ analyses komen twee thema’s steeds terug: allereerst ironie, en de onmogelijkheid daarvan, en seks. Deze twee onderwerpen zijn voor De Vries met elkaar verbonden (en daarin toont Vechtmemoires zich als essayboek, in plaats van een bundel). Oude Amerikanen Norman Mailer, Philip Roth en John Updike keren enkele keren terug als meesters van de goede seks, waartegen de preutsheid van HBO-serie Girls en de ironische vrijerijen van De Vries’ generatiegenoten wordt afgezet.

De passages over de huidige groep jonge schrijvers in Nederland – denk aan de broers Heerma van Voss, Franca Treur, Niña Weijers, Jamal Ouariachi, Maartje Wortel – zijn boeiend om te lezen. Hier is een schrijver aan het lezen en nadenken over de literaire productie van zijn generatiegenoten; De Vries is hier zowel een ingewijde als een buitenstaander, en daardoor behept met een vriendelijke, empathische blik. Een blik die echter niet verhindert dat hij harde noten kraakt:

Je zult ouder worden, kinderen krijgen of niet, trouwen of niet, conservatiever worden of niet, ontslagen worden of niet, je huis brandt af, je ouders krijgen kanker, je kat wordt doodgereden door een pizzakoerier – maar niets van wat je mee zult maken zal gespiegeld worden in de [personages]. Want zij hebben geen vrienden, geen banen, geen liefdes… Als lezer sta je er alleen voor.

Dat De Vries zich een ingang heeft verschaft in de wereld van de jongste generatie schrijvers, kan alleen maar verwelkomd worden: eindelijk iemand die op systematische wijze een groep auteurs volgt en over hun werk schrijft. Dat gebeurt helaas niet al te vaak.

Inzichten

Niet alles wat De Vries schrijft is raak, dat zal een kwestie van smaak zijn. Misschien is zijn onderwerpkeuze – zijn obsessies, mogen we misschien wel zeggen – ook wat te Amsterdams of grootstedelijk. Maar wat altijd overeind blijft, is het plezier dat Joost de Vries in Vechtmemoires heeft in het analyseren en schrijven, een plezier dat uit zijn proza spreekt. Dan biedt deze bundel voortreffelijke inzichten, en hoop je dat De Vries nog lang essays zal schrijven.