Boeken / Kunstboek

De vraag blijft

recensie: Arthur C. Danto - Wat kunst is

.

Dat soort vragen komen aan de orde in Wat kunst is door de filosoof Arthur C. Danto. Waarom is de Brillo-box (1964) van Andy Warhol wél kunst, terwijl de Brillo-dozen – ontworpen door abstract-expressionist James Harvey – gewoon gebruiksvoorwerpen zijn? Danto analyseert de verschillen tussen de twee om tot een antwoord te komen. Warhol produceerde houten dozen en zette er een zeefdruk op waardoor ze niet meer van echt te onderscheiden waren. Alleen het gewicht was anders. En de doos was steviger. Maar op het oog? Geen verschil.

Het oog van de kijker
Danto vestigt met de analyse van Warhol de aandacht op de rol van de kijker in kunst. Door de presentatie van de Brillo-boxes in een galerie werd de basishouding van de kijker beïnvloed, waardoor die direct geneigd is om ze als kunst te zien. Dat is ook waar Marcel Duchamp veel mee gespeeld heeft in zijn carriére, met als bekendste voorbeeld Fountain (1917).

Dat werk, een urinoir ondertekend door R. Mutt, werd geweigerd voor de tentoonstelling van de Society of Independent Artists. Terwijl de vereniging wel claimde dat iedereen geaccepteerd werd, zolang de entree maar betaald werd. Fountain wordt dan ook vaak uitgelegd als een aanval op het establishment van de kunst; een kritiek die poneert dat iets, wat dan ook, kunst kan zijn wanneer het in de juiste context gepresenteerd wordt. Maar ondanks dat het werk geweigerd werd – en daarmee geen kunst zou zijn – wordt het toch gezien als kunst.

Paradoxaal
De door Fountain geëxpliceerde paradox doet Danto de rol van de kijker en curator overwegen. Ook daar, zo concludeert hij, ligt niet verscholen wat kunst is. Het is immers niet noodzakelijk om kundig te zijn op het gebied van kunst, of er überhaupt kennis van te hebben, om iets als kunst te zien. Als voorbeeld daarvan haalt hij Gianluigi Colalucci aan, de toezichthouder van de meest recente restauratie van de Sixtijnse Kapel (1980-1994). Dat hij een expert zou zijn op het gebied van kunst moge duidelijk zijn door zijn prestigieuze baan. En toch kan hij het plafond van de kapel niet ‘lezen’. In plaats van negen taferelen die de geschiedenis van de schepping tot de dood van Christus vertellen zag hij er maar acht. Zijn Sixtijnse kapel eindigt bij de dronken Noach, die laveloos en naakt op de grond ligt.

Danto verbaast zich daarover. Hoe kan het, zo schrijft hij, dat iemand die er verstand van moet hebben een dergelijk werk verkeerd interpreteert? En dat terwijl hij beweert zo dicht bij de mens en kunstenaar Michaelangelo gekomen te zijn als maar mogelijk is. De curator heeft de intentie van Michaelangelo niet begrepen, beweert Danto. Zonder het negende tafereel verandert de betekenis van het hele plafond. En het is met een reden geschilderd, niet puur ter versiering. Daarvoor is het plafond een te groot werk. Heeft wat kunst is dan te maken met de intentie van de maker?

Dat kan mijn neefje ook
Met het idee dat de maker van belang is voor de status van het kunstwerk, komt ook de kundigheid van de maker naar voren. Maar het moge duidelijk zijn dat kunst niet van techniek alleen afhangt. Danto haalt Kant aan als hij stelt dat kunst een esprit heeft, iets dat het anders maakt dan andere dingen. Kunde en vakmanschap zijn maar een deel van werk, niet dat wat het tot kunst maakt. De schoonheid van een werk is net zo min als de presentatie een definiërend element. Dat heeft Picasso wel bewezen, of anders Rothko wel.

Danto’s betoog leest prettig en zijn argumentatie is goed onderbouwd. Maar een antwoord, hoe kan het ook anders, geeft hij niet. Daarvoor is kunst te breed. Hyperrealistisch of dat-kan-mijn-neefje-van-drie-ook-expressionistisch, beide stijlen leveren kunstwerken op. Wat kunst dan is? Geen idee, maar erover lezen en nadenken is wel interessant.