Boeken / Non-fictie

Ooit een normaal boek gelezen?

recensie: Pieter Steinz - Waanzin in de wereldliteratuur (Boekenweekessay 2015)

‘Te gek voor woorden’ is het thema van de Boekenweek 2015. Pieter Steinz, oud-chef Boeken van NRC Handelsblad en voormalig voorzitter van het Letterenfonds, schreef met Waanzin in de wereldliteratuur een korte inleiding tot het thema.

Naast zijn werk voor de krant en het Letterenfonds heeft Pieter Steinz enkele boeken geschreven, waarvan het vorig jaar verschenen Made in Europe het hoogtepunt is. In dat boek verkent hij de Europese cultuur in ruim tweehonderd ‘halteplaatsen’. In eerdere boeken gaf hij vorm aan zijn encyclopedische kennis van de wereldliteratuur. Zo bevatte Lezen &cetera (2003) een groot aantal figuren en tabellen die verwantschappen tussen auteurs en boeken expliciet maakten. Of neem de titel van zijn laatste boek, dat hij samen met zijn dochter samenstelde: Steinz. Gids voor de wereldliteratuur in 416 schrijvers, 104 meesterwerken, 26 one book wonders, 52 boekwebben, 26 thema’s, 26 quizzen en 52 wereldkaarten.

Kortom, Pieter Steinz heeft niet alleen veel gelezen, hij heeft ook een voorkeur voor lijstjes en allerhande wiskundige manieren van rangschikken. Vergeleken met de ambitieuze omvang van zijn eerdere boeken is Waanzin in de wereldliteratuur een etude, een oefening in beperking: in amper zestig pagina’s wordt een overzicht van waanzin, gekken en idiotie in de wereldliteratuur gegeven. Achter in het boekje staan slechts een paar lijstjes, met bijvoorbeeld psychiatrische gevallen in de Nederlandse literatuur (Eline Vere) en ongevaarlijke gekken (Don Quichot).

Een beetje gekte

Steinz’ heeft zijn tocht langs alle idiote gevallen opgezet als een bezoek aan een museum, geïnspireerd op ‘Het Dolhuys’ in de buurt van zijn huis in Haarlem. Hij behandelt zowel gestoorde personages als schrijvers – in de laatste categorie vallen bijvoorbeeld Virginia Woolf, Gerrit Achterberg en Sylvia Plath.

‘Gekken en dwazen,’ schrijft hij in het begin,

of beter gezegd geesteszieken en psychisch gestoorden, zijn een rijke bron van inspiratie voor schrijvers uit alle tijden en culturen. Al in de eerste moderne roman, De vernuftige edelman van Don Quichot van La Mancha (1605) van Miguel de Cervantes, is de hoofdpersoon een man wiens verstand beneveld raakt.

Maar ook daarvoor verwerkten grote toneelschrijvers als Euripides en Shakespeare de waanzin in hun stukken. Daarmee heeft Steinz zijn argument te pakken: bestaat er wel literatuur zonder gekte? Hij geeft snel toe dat het misschien een voorkeur van hem is, maar toch: ‘de meeste goede boeken hebben op z’n minst een beetje gekte nodig.’

Vertrekpunt

Wie bekend is met de schrijvers en boeken waar Steinz over spreekt, zal in dit boekje weinig nieuws vinden. Maar voor het brede publiek dat de doelgroep van de CPNB vormt, is er veel informatie te vinden in Waanzin in de wereldliteratuur. Vooral de leestips en lijstjes achterin maken het essay de moeite waard als vertrekpunt voor verder lezen.