Boeken / Non-fictie

Een subtiele aanval op de islam

recensie: Joris Luyendijk - Het zijn net mensen: beelden uit het Midden-Oosten

Joris Luyendijk, wie kent hem niet, was jarenlang correspondent voor diverse media in wat we maar de Arabische wereld zullen noemen – al mag je natuurlijk niet zo grof generaliseren. Volkomen onvoorbereid belandde hij in Cairo, waarna een speurtocht volgde naar objectieve berichtgeving. Die liep uiteraard niet goed af, maar leverde wel een vermakelijk boek op, dat in weerwil van de titel de lezer achterlaat met het idee dat we de grensbewaking maar eens stevig zouden moeten gaan versterken, zo langzamerhand.

Drop zomaar iemand met een theoretische achtergrond in de barre praktijk van alledag, en de verwondering slaat onvermijdelijk toe. Luyendijk had de nodige geestelijke bagage op zak toen hij naar het Midden-Oosten werd uitgezonden, maar die had hem totaal niet voorbereid op wat hij daar zou aantreffen en al helemaal niet op het vak dat hij moest gaan uitoefenen. Besla als correspondent maar eens alle gebeurtenissen die plaatsvinden in een gebied dat loopt van Irak tot Marokko. Geen doen, dus dat moet je niet eens proberen.

Luyendijk waagt toch dappere pogingen en ontdekt gaandeweg iets wat de gemiddelde westerse mediaconsument allang weet: al het nieuws dat we uit verre buitenlanden ontvangen geeft nooit een adequaat beeld van de situatie daar, het gaat door allerlei filters, deelnemers koesteren hun eigen agenda en dan heb je in de landen die Luyendijk moest verslaan ook nog de hinderlijke factor dat het – op Israel na – allemaal bloeddorstige dictaturen zijn. Met een soort verbeten naïviteit laat hij zich echter niet uit het veld slaan, een gouden greep, want je gaat op den duur vanzelf meeleven met onze dappere Kuifje in Islamland, die wel wil maar niet kan en op een gegeven moment ook niet meer weet hoe.

Op zoek naar het ‘ware Egypte’

Officiële mededelingen van regeringen, daar heeft hij in ieder geval niets aan. De dictaturen hangen een volkomen idioot beeld op dat niets met de werkelijkheid te maken heeft, terwijl Israel juist weer een bijzonder gelikte reclamecampagne voert – om het maar niet te hebben over de Amerikaanse bevrijdingstroepen die president Bush geheel onbaatzuchtig her en der inzet. Op zoek naar wat dan het ware Egypte of Syrië zou moeten zijn wandelt Luyendijk door straten vol mensen die nooit het achterste van hun tong laten zien, zodat hij daar ook al niets aan heeft. Dan maar de televisie aangezet, of de berichten van persbureaus doorgenomen, die ook al een scheef beeld geven van de achterliggende realiteit. Zo komt hij gaandeweg tot de conclusie dat de westerse media helemaal niet geschikt zijn voor het doorgeven van het nieuws in zijn volledige en begrijpelijke context, en laat hij de lezer de conclusie dat de werkelijkheid die Luyendijk zo graag aan ons wil presenteren helemaal niet bestaat.

Toch steek je wel degelijk iets op van dit aangenaam weglezende boek. Allereerst zijn de anekdotes uit de wondere wereld van het internationale correspondentendom kostelijk. Verder is het vrijwel ondenkbaar, Luyendijk wijst daar een aantal malen op, om een boek als dit te schrijven over onze streken, waar democratie heerst en vrijheid van meningsuiting, ook al ligt die dan onder vuur. Je kunt dan uitgaan van de stelling dat al die Arabieren ook werkelijk zonder één enkele uitzondering geheel en al tegen hun wil zuchten onder een dictatuur waar ze het liefste vanaf willen. Als je echter de tientallen verhalen leest over corruptie op alle niveaus, over de onbeschoftheden die hem uiteindelijk uit Cairo verdrijven, over de wreedheden van hoog tot laag, de armoede en het gebrek aan perspectief, dan laat zich een achterliggende oorzaak vermoeden, een soort van kleinste gemene veelvoud die alle landen en volken in de regio delen en die als aanjager van alle ellende functioneert, zodat je vanzelf bij het onderwerp komt dat Luyendijk met grote omzichtigheid vermijdt: de verderfelijke invloed van de islam. Het negeren daarvan is een briljante stijlgreep van de voormalige correspondent, maar al te vaak lezen we verhitte betogen waarin wordt aangetoond hoe perfide de islam is en hoe ontwrichtend de uitwerking, maar Luyendijk pakt het veel subtieler aan, waardoor zijn boodschap des te indringender aankomt. Met het vertekende beeld van de situatie tenslotte valt het intussen toch wel mee, de vreselijke verhalen die volgens Luyendijk nooit de westerse media halen waren in ieder geval hier al enige tijd bekend. Altijd mooi, zo’n positieve conclusie.