Boeken / Achtergrond
special: Jiddische poëzie en muziek

Kaddisj (gebed voor de doden)

De in 1991 overleden auteur Isaac Bashevis Singer schreef uitsluitend in het Jiddisch. Er werd hem vaak gevraagd waarom hij ervoor koos in deze stervende taal te schrijven. Toen hij in 1978 de Nobelprijs voor de Literatuur ontving gaf hij in zijn ontvangstspeech antwoord op deze vraag: “Ik schrijf in het Jiddisch om twee redenen; ten eerste ben ik geïntrigeerd door de doden. Wat is er dan beter te schrijven in een spooktaal? Ten tweede geloof ik een wederopstanding en ben ik ervan overtuigd dat wanneer dit gebeurt de opgestane doden zullen vragen: zijn er nog nieuwe boeken uitgekomen die we kunnen lezen?” De Joods-Amerikaanse schrijver gaf daarmee met een droeve glimlach uiting aan zijn levenslange liefde voor de taal en trok zich niets aan van de heersende opinie met zijn voorkeuren.

Het Jiddisch ontstond omstreeks het jaar 1000 in het Rijnland als omgangstaal van de daar wonende joden; de Ashkenazim. Zij namen de spreektaal van hun omgeving over; een Middelhoogduits dialect dat vervolgens werd geschreven in het Hebreeuws. Sindsdien zijn er verschillende varianten van de taal ontstaan verspreid over heel Europa. Zij gingen vanaf hun ontstaan hand in hand met het Hebreeuws dat als heilige taal uitsluitend voor godsdienstige doeleinden werd gebruikt. Veel Hebreeuwse en Aramese woorden die voorkomen in het Jiddisch zijn dan ook ontleend aan de Thora en de Talmoed. Het moderne Jiddisch kent behalve Semitische elementen ook woorden en uitdrukkingen uit de Romaanse en Slavische talen. Na de Tweede Wereldoorlog en de emigratie van veel joden naar Amerika (waaronder de van oorsprong Poolse Isaac Bashevis Singer) werd de taal tenslotte verrijkt met het Engels. Het Jiddisch kent net als zijn gebruikers een turbulente geschiedenis. Voor de Tweede Wereldoorlog waren er maar liefst elf miljoen joden die het Jiddisch als hun moedertaal hadden; de jodenvervolging betekende niet alleen een aanslag op de Joden, maar ook op deze taal.

Kameleontaal

~

Het Amsterdamse dialect kent nog altijd veel Jiddische leenwoorden zoals mazzel, koosjer, mesjogge en gajes. Vandaag de dag wordt het Jiddisch verspreid over de hele wereld nog steeds gesproken door Joden met een Oost-Europese achtergrond en door emigranten. Veelal zijn dit orthodoxe, chassidische Joden die de taal vooral conserverend inzetten ten behoeve van het nageslacht. Er bestaat echter ook een nieuwe groep Jiddisch sprekenden, mensen die de taal zo bijzonder vinden dat ze hem willen leren. Deze nieuwe groep enthousiaste mensen hoopt de stervende taal weer tot leven te wekken en verder te ontwikkelen. Deze ontwikkeling staat centraal; een taal is immers dynamisch. Het Jiddisch is een zwevende taal zonder land en bestaat uit bekende en minder bekende klanken die verschillende identiteiten kunnen aanspreken. Ze is bij uitstek een kameleontaal die zich aanpast aan zijn omgeving.

In Nederland verzorgt de stichting Jiddisj allerhande activiteiten met als doel de Jiddische taal, literatuur en cultuur te bevorderen. Willy Brill, oprichtster van de Stichting Jiddisj en redactielid van het driemaandelijkse literaire tijdschrift Grine Medine, stelde de tweetalige bundel Sprakeloos water. Spiegel van de moderne Jiddische poëzie samen die onlangs uitkwam bij Meulenhoff. Hierin maakt ze een persoonlijke selectie van de rijke Jiddische dichtkunst die ze onderverdeelt in landen van herkomst. Oost-Europa is erin de bakermat van het Jiddisch, gevolgd door Rusland, Amerika en ten slotte Israël. Een en ander resulteert in een evenwichtige, overzichtelijke bundel met zorgvuldig geselecteerde gedichten.

Foen fargangenem

De verzamelde poëzie verhaalt over alledaagse dingen, over foen farganganem (dingen die voorbij zijn) en de liefde. Over de zoemer (zomer) en di bobesji (mijn omaatje), maar ook over het vinden van geluk in een nieuw land zoals in New York doerch jidisjn gemit (New York gezien door Joodse ogen) en over vervolging, dood en verdriet zoals in het gedicht van Jankev Fridman Got redt nisjt mer (God spreekt niet meer) en A libelied mikets hajomim (Een liefdeslied aan het einde der tijden) dat eindigt met de zinnen:

Srjai noch nisjt ois:
“Farloirn!”
Es halt erstj baim farlirn

(Roep nog niet: “Verloren!”-
het verliezen is pas bezig.)

En ook het prachtige Jam Mich Aroem van Rochl Fishman:

Jam mich aroem,
chwalje mich doerch –
oen dernoch,
chotsj doe zamdst mich awek,
blaibt main oier a moesjl,
woe es doenert zikorn,
woe es perlt dain kol.

(Omzee mij,
doorgolf mij –
en dan,
ook al zand je mij weg,
blijft mijn oor een schelp
waar herinnering trommelt,
waar parelt je stem.)

Jiddische fado

~

Het Jiddisch is een taal om mee te voelen. Om emotie mee uit te drukken. Om die reden konden sommige schrijvers het misschien niet over hun hart verkrijgen de taal definitief de rug toe te keren. Begrijpelijk, want de taal is poëtisch ondanks zijn vreemde klanken; ze is muzikaal. Dit maakt het Jiddisch tevens een geschikte taal om in te zingen. Dat vond ook Lucette van den Berg, een Nederlandse zangeres met een grote passie voor Jiddische muziek. Van den Berg kwam kort na haar afstuderen aan het conservatorium in aanraking met de Jiddische muziek. Ze volgde masterclasses in het Jiddische lied in Weimar en kwam daar in contact met de bekende Amerikaanse Jiddische dichter en componiste Beyle Schaechter-Gottesman die tevens wordt vertegenwoordigd in Sprakeloos water. Ondanks van den Bergs klassieke scholing en rollen in opera’s van onder anderen Bernstein, Mozart en Puccini voelde ze zich onmiddellijk thuis bij de Jiddische muziek. In maart 2005 kwam haar debuut-cd uit Zing shitl / yiddish songs dat met veel lof werd ontvangen. Op deze cd combineert ze traditionele volksliedjes en theaterliederen met moderne liederen onder andere geschreven door Schaechter-Gottesman.

Zing Shitl (Zing zachtjes) kan nog het beste omschreven worden als Jiddische fado waarin verlangen, melancholie, verlies, hoop en liefde worden bezongen met behulp van instrumenten als de klarinet, accordeon en viool. Een van mijn favorieten is In der finster (In het donker), dat zonder muzikale begeleiding maar een zwakke weergave is van het gezongen origineel:

In der finster –
zaynen dayne oygn shener
In der finster –
zaynen dayne hentlekh klener
In der finster –
vayt fun dir mit shtiler ru.
In der finster –

veykher, tsarter, boygamer bistu.

(In het donker –
zijn je ogen mooier
in het donker –
zijn je handen delicater
in het donker
wanneer ik rust stilletjes verwijderd van jou.
In het donker,
ben je tederder, zachter, meegaander.)

~

In september brengt Lucette van den Berg een nieuwe cd uit. Meer informatie over haar muziek en optredens is te vinden op lucettevandenberg.nl. Voor degenen die werkelijk sprakeloos zijn van het Jiddisj, biedt de stichting Jiddisj cursussen aan. Het is te hopen dat de spooktaal spoedig ontwaakt uit zijn slaap. Dan kunnen we allemaal Singer lezen zoals hij bedoeld was en, dankzij Lucette, hebben we dan ook nog iets moois om naar te luisteren.

Willy Brill (samenstelling en vertaling) · Sprakeloos water. Spiegel van de moderne Jiddische poëzie · Uitgever: Meulenhoff · Prijs: € 39,90 · 406 bladzijden · ISBN: 9789029078368

Lucette van den Berg · Zing shitl – yiddish songs · Syncoop produkties · 2005