Kunst / Expo binnenland

Moderne modekunst in historisch museum

recensie: Bridges to Fashion, Rotterdam-Istanbul

.

Modeminnende meisjes lopen vlijtig fotograferend over de tentoonstelling in het Historisch Museum Rotterdam. Een bejaarde dame legt een van de meisjes uit hoe ze vroeger kleding naaide. Enthousiast betast ze de stoffen en onderzoekt hoe bepaalde naden zijn gemaakt. Twee museummedewerkers spreken haar bestraffend toe: niet aan de stukken zitten. Behalve de kledingfanaten kijken ook de bezoekers die geen naaimachine hebben, hun ogen uit. Want ook het publiek dat niet thuis is in de modewereld ziet dat kwaliteitsstoffen, vernieuwende ontwerpen en geraffineerde details de tentoonstelling bepalen.‘Wat een mooie kleuren’, ‘wat knap gedaan’ en ‘het is ook draagbaar’ zijn enkele reacties die je regelmatig om je heen hoort.

Aanjager van de tentoonstelling is Stichting Trafik, een organisatie die in 2002 in het leven is geroepen om de culturele samenwerking tussen Rotterdam en Istanbul te stimuleren. Eerder zorgde zij voor de uitwisseling van Turkse en Nederlandse beeldende kunstenaars. Het nieuwste project is een grootscheepse mode-uitwisseling. Bridges to Fashion is niet alleen een modetentoonstelling, maar ook een meerdaagse modemanifestatie met een symposium en talkshow, modeshows- en feesten. In tegenstelling tot de activiteiten, die in het derde weekend van september plaats hadden, blijft de tentoonstelling nog enkele maanden te bezoeken.

ontwerp van Ümit Ünal

ontwerp van Ümit Ünal

Het gaat om een betrekkelijk jonge generatie. De meeste deelnemende ontwerpers zijn na 1970 geboren. De Turk Selim Baklaci (1986), winnaar van Project Runway Turkije 2007, is met zijn 22 jaar de jongste. Zijn ontwerpen zijn een combinatie van polyester en parachutestof met zijden chiffon. Het geheel is zowel zwierig en chique als sportief en kleurrijk. De rustige, gedetailleerde en natuurlijke stijl van de veteraan Ümit Ünal (1965) lijkt van de Turkse ontwerpers het meeste lof te oogsten.

Een nieuwkomer onder de Nederlanders is Claes Iversen (1977). De in Nederland werkzame Vlaming maakte in 2002 de opmerkelijke overstap van accountancy naar de mode-industrie. Wie met aandacht naar zijn werk kijkt, zal zijn eenvoudige maar vernuftige prints en het creatieve gebruik van knopen zeker opvallen.
Jeroen van Tuyl (1971) en Edwin Oudshoorn (1980) zijn bij velen favoriet. Van Tuyl  presenteert krachtige zwarte ontwerpen met invloeden uit de techniek, zoals het overhemd ‘dynamometer’ laat zien. Oudshoorn heeft zich laten inspireren door de chrysant. Zijn korsetjapon met gemouleerde (gedrapeerde) bloemen is van verfijnde kleuren zachtroze en groene stof. 

Affiche Bridges to Fashion 2008

Affiche Bridges to Fashion 2008

Istanbul- Rotterdam
De biografieën van de Turkse ontwerpers maken duidelijk dat Istanbul het modecentrum van Turkije is. Vrijwel alle ontwerpers genoten hun opleiding in deze stad of zijn er inmiddels gevestigd met hun atelier en winkel. Voor enkelen vormt de stad een directe inspiratiebron. De tegenstelling tussen het oude en nieuwe inspireert Gamze Saraçoglu (1980) tot een ‘futuristic vintage’ stijl. Arzu Kaprol (1972) laat de skyline van Istanbul letterlijk terugkomen in een van haar blouses. Dilek Hanif (1962) vertegenwoordigt een meer klassieke oosterse stijl met veel zwierige japonnen en het gebruik van rood en goud. 

In Nederland is het modecentrum niet in één stad, maar over drie steden verspreid. Het merendeel van de Nederlandse ontwerpers studeerde in Arnhem. Vier van hen zijn tegenwoordig in Rotterdam gevestigd en de andere zes houden atelier in Amsterdam. Ook bij de Nederlandse ontwerpers zijn aspecten van het stadse leven terug te vinden. Eén ontwerper heeft zijn stukken zelfs ingebed in de nationale cultuur. De eerder genoemde chrysanten van Edwin Oudshoorn staan namelijk symbool voor de ‘Hollandse gezelligheid’.

De tentoonstelling is een uitwisseling tussen twee landen en in het bijzonder twee steden. Daarom is naast de ontwerpers ook aandacht voor de context waarin zij werken: de stedelijke cultuur van Istanbul en Rotterdam. Filmmaakster Afra Jonker (1954) filmde in opdracht de skylines, bruggen, pleinen, terrassen en inwoners van beide steden. De combinatie van de bewegende beelden en gepresenteerde mode geeft de tentoonstelling een dynamisch effect. Het maakt de uitwisseling tussen de twee landen voelbaar.

ontwerp van Jeroen van Tuyl, foto: Peter Stigter

ontwerp van Jeroen van Tuyl, foto: Peter Stigter

Het werk van de couturiers past prima in de klassieke stijlkamers van het Historisch Museum Rotterdam. In sommige opzichten wijkt Bridges to Fashion niet af van een tentoonstelling voor beeldende kunst. De vraag rijst zelfs wat nu eigenlijk de grenzen zijn tussen mode en beeldende kunst. Mensen worden gegrepen door een bepaald beeld, of vinden een ontwerp in eerste instantie vreemd maar kunnen het na tekst en uitleg waarderen. Ook geldt: hoe langer je ernaar kijkt, hoe meer je erin ziet. In dit licht is Edwin Oudshoorns uitspraak dat hij zich meer  kunstenaar dan couturier voelt, niet vreemd. Bridges to Fasion is met recht een blikverruimende tentoonstelling te noemen.