Boeken / Fictie

Zin in fictie

recensie: Pieter Webeling - Veertig dagen

‘Wat is de zin van het leven?’ Het is de lievelingsvraag van Jennifer, de hoofdpersoon in de debuutroman Veertig dagen van Pieter Webeling. Ze vraagt dit niet alleen uit persoonlijke interesse, maar ook voor haar werk. Ze is namelijk een gevierd interviewer. De antwoorden die ze krijgt, geven haar maar weinig houvast wanneer ze de greep op haar eigen leven verliest.

Jennifer moet voor straf de Domtoren in Utrecht beklimmen. Een straf die haar vriendinnen haar hebben opgelegd voor haar valse bescheidenheid. Ze vindt zichzelf niet direct de beste interviewer, maar wint wel een onderscheiding voor haar verdiensten. Al gauw blijkt het lot haar daar gebracht te hebben. Buiten adem en zwetend vindt ze boven in de toren haar verlosser, de kunstenaar Joeri. Binnen 40 seconden is ze verliefd. Na een halve pagina zitten Joeri en Jennifer op een terrasje en stelt ze weer guitig die provocerende vraag: wat is de zin van het leven?

Dilemma

Jennifer is een dertiger en kan zich dankzij de gebeurtenissen die zich aandienen nu echt gaan bezighouden met de vraag naar het waarom. Ze wordt dubbel en dwars bedrogen. Door de man van haar leven, Joeri, en door haar zus, die als een moeder voor haar was. Het drama is groot, de pijn hevig, en Jennifer zegt haar oude leven vaarwel. Het werkelijke dilemma ontstaat pas als haar zus Grace ongeneeslijk ziek blijkt, en wil dat Jennifer haar leven gaat optekenen zodat haar zoontje David een monument van zijn jonggestorven moeder zal hebben. Moet Jennifer oude wonden openrijten voor dat jongetje? Haar ingedutte leven opschudden?

Het is een lekker dilemma, verraad en wraak zijn prachtige thema’s voor een roman. Jammer dat Webeling zijn vingers er niet bij heeft afgelikt. In plaats van ook lekker te schrijven is hij vooral bezig met heel hard bedoelen. Het is natuurlijk niet eenvoudig om in het hoofd van een vrouw te kruipen. En dan ook nog een vrouw op haar gevaarlijkst – in een beslissende fase in haar leven, zelfbewust en flink bedrogen. Daar heb je inlevingsvermogen voor nodig. Maar het gaat mis.

Cliché

De clichématige beschrijving van de karakters komt onzeker over. Alles wat de personages doen of zeggen, wordt naar ze toe geschreven in de hoop dat ze meer kleur krijgen. Maar Webeling beperkt zich tot de twaalf kleurpotloden uit een blik van Caran d’Ache. Hij mengt geen kleuren. Joeri de kunstenaar, bijvoorbeeld, wil vrij zijn. Zijn atelier is bezaaid met verf, en ‘op de vensterbank stond een gebleekte mensenschedel met een witte druipkaars erop’. Als hij een duistere kant van zijn karakter laat zien (‘ik wilde een echte kunstenaar zijn, onmachtig en ongelukkig’), wordt Jennifer daar helemaal warm van en er volgt een terughoudende seksscène waar je als lezer allesbehalve warm van wordt.

Illustratie: Femke van der Wijk

Illustratie: Femke van der Wijk

Ook de vader van Jennifer krijgt typische eigenschappen mee: ‘Zijn blauwe schipperstrui rook naar een kruidige aftershave, Old Spice als ik me niet vergiste.’ Jennifer zelf denkt in metaforen die het drama alleen maar pathetischer maken. Wanneer zij en haar zus op een gevoelig moment bij elkaar zijn en proosten met jus d’orange en appelsap: ‘Ze hief haar glas. We brachten een toost uit. Een toost met vruchtwater.’ Verder voorziet ze haar eigen scènes van commentaar: ‘David stoof de trap op. Hij rende naar me toe en klampte zich vast aan mijn linkerbeen. Ik streelde hem over zijn hoofd. Ik zag de ontroering van Grace. Splijtend moment.’ Laten we Webeling toeschreeuwen: show don’t tell!

Respect

Het verhaal is spannend en heeft verrassende wendingen, maar is niet meeslepend. Veertig dagen flirt met verwijzingen naar de bijbel (het getal veertig), doet wat aan namedropping, maar dit zijn nu net de kunstgrepen die bewijzen dat het verhaal en de personages te licht zijn. Zij fladderen tussen de verankering van de kunstgrepen door. Misschien heeft Webeling te hard zijn best gedaan, en had hij er beter aan gedaan meer te liegen, respectlozer met de fictie om te gaan, zodat het verhaal niet met hem aan de haal was gegaan. Zoals Jennifer aan het begin zegt over haar werk als interviewer: ‘Ik verdien mijn geld met verleiding en valse intimiteit – ik doe het met taal.’