Boeken / Fictie

De armoede voorbij

recensie: Aravind Adiga (vert. Arjaan van Nimwegen) - De witte tijger

India bestaat grofweg uit twee klassen: een klein aantal Mannen met Dikke Buiken en heel veel Mannen met Dunne Buiken. Aravind Adiga, winnaar van de Man Booker Prize 2008, laat zijn hoofdpersoon in De witte tijger beschrijven hoe hij zich als arme bediende uit de onderklasse een weg naar boven werkt. Het doel heiligt de middelen in deze scherpe satire over de smerigheid van armoede in een corrupte maatschappij.

Balram Halwai vertelt zijn levensverhaal in een aantal brieven gericht aan de Chinese minister van Buitenlandse Zaken. Hij wil de minister, die op staatsbezoek naar India komt, informeren over de werkelijke situatie in zijn land:

(…) uit overtuiging dat de toekomst van de wereld in handen ligt van de gele mens en de bruine mens, nu onze voormalige meester, de blanke mens, zichzelf te gronde heeft gericht door flikkerij, mobiele telefonie en drugsmisbruik (…)

Want, stelt hij, de dictatuur China heeft goede voorzieningen zoals schoon water, elektriciteit, openbaar vervoer, hygiëne en discipline, terwijl de democratie India niets van dit alles heeft, maar wel boordevol ondernemers zit. Dus is het zaak de handen ineen te slaan om een nieuwe wereldeconomie te vormen. Een economie die in India vooral bestaat uit outsourcing en callcenters. Hierin volgt Aravind Adiga de actualiteit op de voet. De rode draad in De witte tijger is echter de absolute onmogelijkheid voor de lagere klassen om te stijgen op de maatschappelijke ladder en te profiteren van nieuwe verworvenheden, een van de grootste problemen van de Indiase maatschappij.

Het Donker

Balram Halwai zal het gaan lukken. Hij komt van het platteland, uit ‘Het Donker’ waar zeventig procent van de Indiërs woont, en is vast van plan zijn weg te vinden naar de rijkdom van de weinige Mannen met Dikke Buiken. Behorend tot de laagste kaste komt hij in zijn eigen dorp niet verder dan schoonmaken in een theehuis. Met wat geluk verovert hij een baantje als bediende bij een steenrijke fabrikantenfamilie. Als hij de eerste chauffeur van de familie ontmaskert als moslim, ondergedoken in een hindoegemeenschap, wordt die verjaagd. Balram krijgt zijn functie. Hij vertrekt naar Delhi als chauffeur van Meneer Ashok, de oudste zoon van de familie.

Adiga schetst een beeld van de superrijken in hun geïsoleerde appartementengebouwen. Belangrijkste bezigheden: winkelen in zwaarbewaakte shoppingmalls en nachtelijke uitspattingen in exclusieve clubs. Er worden regelmatig bezoeken gebracht aan invloedrijke politici, waarbij flinke sommen geld worden overhandigd om de positie aan de top veilig te stellen. Balram leidt een slavenbestaan in de kelder voor bedienden en chauffeurs, hij kan op elk moment van de dag met een belletje ontboden worden. In die omstandigheden besluit hij het heft in eigen hand te nemen en voor eens en altijd een Man met Dikke Buik te worden. Zonder enige terughoudendheid grijpt hij zijn kans en hij weet toe te treden tot de klasse der ondernemers. Zelfs het plegen van een moord gaat hem gemakkelijk af.

Wurggreep

India als nieuwe economische grootmacht, waarover tegenwoordig veel gesproken wordt, is volgens Aravind Adiga een misvatting. In India bestaat een kleine, snel rijk wordende bovenklasse, die in dienst van westerse industrieën de overgrote arme bevolking in een wurggreep houdt. De laagste klassen overleven met moeite en worden arm gehouden, zonder enig uitzicht op het verbeteren van de eigen positie. Als gevolg hiervan is de migratie naar stedelijke gebieden enorm en deze grote toevloed van mensen zorgt voor steeds meer ellende. In deze steden is het contrast het zichtbaarst: de rijken kijken van grote hoogte neer op de smerige armoede die zich, onder een zeiltje, heeft gevestigd in de berm van brede straten.

Met deze aanklacht in romanvorm beschrijft Aravind Adiga de realiteit vanuit het perspectief van de onderklasse. Hij schrijft scherp, met veel oog voor detail en hier en daar ronduit humoristisch. De sympathie voor Balram Halwai, die ondanks zijn daden behouden blijft, staat het hele boek lang in de schaduw van de wrange actualiteit in India. De witte tijger is een goed geschreven roman, prijswinnende fictie, maar kan ook gelezen worden als een schokkend verslag over diepgewortelde armoede anno 2009.