Film / Films

Onverwoestbare filmserie. Helaas…

recensie: Terminator Salvation

De pas vierde Terminator-film in een kwart eeuw suggereert een filmreeks waar zorgvuldig mee wordt omgegaan en goed over wordt nagedacht. Tot en met deel drie is voor die stelling wat te zeggen, maar bij Terminator Salvation blijkt dat een misvatting. Het door James Cameron geschapen en groot gemaakte universum is bij regisseur McG en kornuiten helaas niet in goede handen.

~

Hoe zat het ook alweer? In de toekomst grijpt Skynet de macht en probeert met robots de mensheid uit te roeien. Het verzet onder leiding van John Connor (Christian Bale) weet ze echter een grote slag toe te brengen. Skynet stuurt tot drie keer toe een Terminator naar het verleden om cruciale kopstukken van het verzet (met name Connor en zijn moeder) te elimineren en op deze manier de toekomst te veranderen. Iedere keer weet het verzet ook iemand naar het verleden te sturen en elke keer slagen ze erin de doelwitten te laten leven. Hoewel het in deel twee leek alsof Doomsday verijdeld was, bleek dat in deel drie slechts uitstel van executie; de machines weten een nucleaire oorlog te ontketenen en de macht te grijpen.

2018

En nu is het 2018: veertien jaar na Doomsday. Kleine groepjes mensen leveren her en der verzet tegen Skynet en haar robots in een desolaat, postapocalyptisch landschap. Connor is een van hen: een mythische figuur, maar nog niet een absolute leider van verzet. Hij krijgt in de loop van de film te maken met de mysterieuze Markus Wright (Sam Worthington uit Somersault) die, zoals we in een met christelijke symboliek doordrenkte openingsscène zien, in 2003 in zijn dodencel instemt met het doneren van zijn lichaam aan Cyberdyne Systems, de makers van Skynet.

~

Het valt te prijzen dat regisseur McG en scenarioschrijvers John D. Brancato en Michael Ferris (het duo was ook verantwoordelijk voor Terminator 3: Rise of the Machines) ervoor kozen de sjabloon van de eerste drie delen voor een groot deel los te laten en te proberen een nieuw universum te creëren. Een wereld die gelukkig ver weg blijft van de bubblegum-films van McG’s vermakelijke Charlie’s Angels. McG kan goed overweg met actiescènes en CGI, maar helaas heeft hij grote moeite met acteursregie en dramatische ontwikkeling. En dat terwijl hij Christian Bale wist te overtuigen mee te doen door hem te vertellen dat het in Terminator Salvation niet alleen om actie zou gaan, maar dat het vooral om karakterontwikkeling zou draaien. Au, laat de film nou op dit punt ernstig falen. Worthington (eind dit jaar ook te zien in James Camerons Avatar) houdt zich redelijk staande, evenals Anton Yelchin als een jonge Kyle Reese. Bale zelf (die in feite een veredelde bijrol speelt) zet echter een eendimensionaal, humorloos personage neer, waar je als kijker slechts schouderophalend naar kan kijken.

Vrouwen

Maar er wringt meer. Zo is er die bijna tè mooie gevechtspilote die moet zorgen voor… Ja, voor wat eigenlijk? Romantiek? Een stoer wijf à la Linda Hamilton zoals in Terminator 2? Beide opzetten overtuigen totaal niet. Of Bryce Dallas Howard (niet de minste actrice) als de vrouw van Connor, die drie zinnen tekst heeft en na veertien postapocalyptische jaren nog opvallend goed opgemaakt is, mèt het kapsel netjes in model. Of Helena Bonham Carter (Sweeney Todd) die ronduit ongeloofwaardig is, slecht zelfs. Enfin: we kunnen zo we nog even door gaan, vooral als het om de vrouwenrollen gaat.

Geloofwaardig

~

Krijg je met geen van de vele menselijke personages echt een band, met de machines is het niet anders – de korte (digitale) entree van Arnold Schwarzenegger ten spijt. Er zijn teveel modellen, die soms een wel erg hoog Transformers-gehalte hebben. Bovendien missen ze de menselijke trekjes die de modellen in de eerdere delen zo aantrekkelijk maakten. Belangrijk in dit genre (en wat vooral het eerste deel zo ijzersterk maakt) is dat het verhaal op alle niveaus geloofwaardig moet zijn en dat je meeleeft met de personages. Bij het zielloze Salvation is dat niet het geval en dat gaat enorm irriteren.