Boeken / Reportage
special: Een gesprek met Sarah Dunant

Het verleden nu

Amsterdam, Hotel Ambassade, Herengracht. 2009. Een stralende voorjaarszon verlicht de vele bruggen over de grachten. Het water vloeit glinsterend rond de boegen van de voorbijvarende rondvaartboten. De bloesem van de kastanjebomen vult de blauwe lucht en dwarrelt neer in goten en nestelt zich in de kieren rondom de Amsterdamse paaltjes langs de weg.

Een scene die, als ze niet zo hedendaags was, in een boek van Sarah Dunant had kunnen staan. De schrijfster van De geboorte van Venus en In het gezelschap van de courtisane is tenslotte als geen ander in staat om het beeld van een stad te schetsen. En hoewel haar steden in historisch Italië gesitueerd zijn, weet ze deze te beschrijven alsof je er momenteel net zo makkelijk doorheen zou kunnen lopen als door bovenvermeld stukje Amsterdam.

Sarah Dunant in Amsterdam

Sarah Dunant in Amsterdam

Als we haar aantreffen in het hotel, blijkt dat Amsterdam op Dunant dan ook zeker een bepaalde aantrekkingskracht te hebben. Ze was een stukje gaan lopen en ging zo op in deze fascinerende stad dat ze de weg kwijt raakte. Al die op elkaar lijkende grachten hadden haar doen verdwalen. Ze was nog vol van de stad en was in een opperste stemming, ze had zin in haar cappuccino en het gesprek over haar nieuwste boek.

Steden

In haar nieuwste roman In Ongenade speelt de stad echter een veel kleinere rol dan in de vorige twee boeken. Daar waar voorheen de stad als een extra karakter in het verhaal werd opgevoerd, speelt deze roman zich af in een klooster. Een wijziging van setting die toch zeker van invloed heeft moeten zijn op Dunants schrijfwijze en de manier waarop ze met haar karakters om zou moeten gaan.

‘Het was zeker een uitdaging. Maar al sinds de vorige twee boeken wist ik dat ik een boek zou moeten schrijven dat zich in een klooster zou afspelen. In beide voorgaande romans speelt de keuzevrijheid van de vrouw in de Renaissance een grote rol. En één van die keuzes was het wel of niet terecht komen in een klooster. De helft van alle vrouwen in die periode in Noord -Italië kwam in een klooster terecht. Ik wist dus altijd al dat ik me gedurende een geheel boek binnen deze muren moest gaan begeven.’

‘Daarnaast was ik ook gewoon geïnteresseerd in het karakter van de kleinere Italiaanse steden. Als mensen naar Italië gaan, bezoeken ze altijd de grotere steden zoals Florence, Venetië en Rome. Maar het is heel moeilijk om daar een goed beeld te krijgen van het historische leven van de stad. Er is te veel van het heden aanwezig. Er zijn echter vele kleine steden die niet op de toeristische route liggen. En hier is het verleden soms nog haast in perfecte staat behouden. Ferrara is hiervan een voorbeeld. Met een prachtig middeleeuws gedeelte en een schitterende Renaissance wijk. Als je een film zou willen maken over het leven rond 1450, dan zou je die daar willen opnemen.’

‘In Ferrara bezocht ik zo’n oud klooster en ik werd geraakt door de gedachte wat het zou betekenen als je vanuit zo’n stad terecht zou komen tussen deze bedompte muren. Het claustrofobische gevoel dat dat moet opleveren. Dat je weet welke wereld er zich buiten de muren van het klooster bevindt. Maar dat je tegelijkertijd beseft dat je nooit meer een voet buiten deze vier muren zou kunnen zetten. Dat verlaten, benauwde en desolate gevoel wilde ik overbrengen.’

‘Doordat ik veel minder terug kan vallen op beschrijvingen van de stad, ben ik me veel meer gaan richten op de politieke dynamiek binnen het klooster. En uiteindelijk heb ik – ook door de grote hoeveelheid research die ik heb gedaan – de karakters en de beschrijvingen behoorlijk wat diepgang mee kunnen geven.’

~

Bevlogen

Als je Dunant zo hoort spreken over Italië en haar geschiedenis, hoor je haar bevlogenheid in elke lettergreep. Deze aan Cambridge afgestudeerde historica heeft een passie voor haar vak. Ze leeft en ademt geschiedenis. En ze brengt die passie voor het verleden met elke ademtocht over op haar toehoorders, maar ook vooral op haar lezers. Elke beschrijving in haar boeken is doordrenkt met historische feiten. Wat Dunant zo prachtig in haar fictie kan overbrengen, behelst in werkelijkheid keiharde feiten uit het verleden.

‘We weten uiteraard weinig van wat er zich in de hoofden van de vrouwen uit die tijd afspeelde, maar aan de andere kant weten we juist heel veel van die tijd. Veel van de feiten uit het boek komen voort uit rechtbankverslagen van die tijd. Aan de hand van dat soort documenten kon ik me uiteindelijk een redelijk goed beeld vormen van hoe het er toen aan toe gegaan dient te zijn. Uit al die informatie begreep ik al snel dat ik hier met een soort microcosmos te maken – een staat binnen een staat –, waarin door de nonnen een volwaardig politiek spel werd gespeeld.’

‘Toen ik het boek begon te schrijven dacht ik nog dat ik het nooit zou kunnen. Ik wist niet wat deze vrouwen dachten, wat ze tegen elkaar zeiden. Maar door de uitgebreide research en gewoon maar in het diepe te springen realiseerde ik me dat ik wel degelijk wist wat er zich in dat klooster afspeelde. Tijdens je onderzoek ben je namelijk voortdurend bezig de situatie te beleven. Je stelt je voor hoe het is om in zo’n donker klooster te leven zonder elektriciteit. Hoe het is als je omringd wordt door grijze stenen, kaarslicht en rookwalmen. Je leeft je steeds meer in in de karakters die je  gecreëerd hebt en die vervolgens hun eigen leven gaan leiden. Ze nemen hun eigen beslissingen. Die dan waarschijnlijk wel gewoon door mijn onderbewuste en de door research opgedane kennis worden ingegeven.’

Is het Dunant gelukt ook zonder stad als karakter een roman te schrijven in de trend van De geboorte van Venus? In In ongenade kunnen we dat voor onszelf bepalen. Wees echter voorbereid op een claustrofobisch avontuur van een jonge vrouw die tegen haar wil in een klooster terechtkomt. Kun je die beklemming aan, dan belooft In ongenade zeker weer veel leesplezier. Ondanks de kleine, besloten setting weet Dunant namelijk weer een breed historisch beeld te schetsen van het Noord–Italië van eind zestiende eeuw.