Boeken / Fictie

De mens achter de fictie is de schrijver zelf

recensie: J.M. Coetzee - Summertime. Scenes from Provincial Life

.

De al te menselijke drang naar roddel en achterklap is de bestaansreden van zowel de Story als van (auto)biografieën. De nieuwsgierigheid naar het dagelijkse wel en wee van het soapsterretje verschilt niet zoveel van de interesse in het persoonlijke leven van een componist of schrijver.

Postmodern

In Summertime neemt een aantal personages expliciet afstand van het roeren in de privézaken van de overleden schrijver John Coetzee. De jonge academicus die zich opwerpt als biograaf heeft vijf mensen uitgekozen die de auteur gekend hebben in de periode dat hij zijn eerste boeken publiceerde. De roman bestaat uit een soort transcriptie van de interviews die hij met hen afneemt, voorafgegaan en gevolgd door enkele fragmenten uit Coetzees notitieboeken.

Deze opzet verbaast niet; J.M. Coetzee is een postmodern schrijver. Al bestaat zijn werk niet uit het zo verfoeide alles relativerende of vrijblijvende spel waartoe postmoderne literatuur te vaak beperkt wordt. Zichzelf als overleden schrijver opvoeren is bovendien een kleine stap na het nadrukkelijk tot alter ego gemaakte zelf in de autobiografische voorgangers Boyhood en Youth.

Figurant

De vorm van het boek en de argwaan van de geïnterviewden zorgen ervoor dat de lezer er voortdurend op gewezen wordt dat Summertime een fictieve biografie is en dat het onderscheid tussen fictie en realiteit in (auto)biografieën een hachelijke zaak is. Het meest opvallend hierin is dat de verhalen van de geïnterviewden veel meer over henzelf gaan dan over Coetzee. De schrijver is niet meer dan een figurant. De vraag is in hoeverre dit überhaupt een biografie is of kan opleveren.

Het beeld van Coetzee dat uit de eerste gedeelten van Summertime oprijst is bekend. Een extreem gesloten zonderling die, met name jegens vrouwen, een pijnlijke, beschamende onhandigheid aan de dag legt. Na Zuid-Afrika in zijn jeugd te zijn ontvlucht, keert hij terug naar het land dat hij om zijn politiek afkeurt, naar het landschap dat hij romantiseert, maar dat eigenlijk ongeschikt is voor cultivering en naar zijn familie die alleen al op hem neerkijkt omdat hij, een man, gedichten schrijft.  Coetzees werk komt nauwelijks ter sprake.

Mens

Tot aan de laatste twee interviews en de afsluitende notities overheerst de gedachte dat Coetzee te veel pagina’s nodig heeft om duidelijk te maken dat wat de schrijver betreft alleen zijn werk ertoe doet. Maar op het einde zetten twee collega’s uit Coetzees tijd aan de universiteit van Kaapstad de boel op scherp. De biograaf wordt hardhandig te kijk gezet vanwege zijn werkwijze en de biografie als genre stellen zij ter discussie. Terwijl tegelijk het moeilijke karakter van Coetzee wordt bevestigd en zijn werk uitvoeriger besproken.

De biograaf merkt in het laatste vraaggesprek op dat een groot schrijver publiek bezit is. En even later dat hem is opgevallen dat Coetzee zo menselijk blijkt, zo anders dan de publieke perceptie van hem doet vermoeden. Het is zijn doel de man te ontdekken achter de fictie, zegt hij. Maar is dat mogelijk? En relevant? ‘But what if we are all fictioneers, as you call Coetzee?,’ reageert oud-collega Sophie. ‘Why should what I tell you about Coetzee be any worthier of credence than what he tells you himself?’ De waarheid is buiten bereik, de ‘ware’ Coetzee is net zo goed een personage.

Toch is Summertime meer dan een soort verstoppertje dat Coetzee met zichzelf speelt. De aantekeningen van John Coetzee waarmee de roman afsluit, hadden onderdeel moeten zijn van diens derde autobiografische roman, de opvolger van Boyhood en Youth. De schrijver schetst in de notities een beeld van een man die een goede zoon wil zijn, maar ook zijn eigen weg moet gaan. Een man die net zo gevormd is door zijn opvoeding en afkomst als elk ander mens. Een man die het schrijverschap als zijn vak beschouwt, niet als een verheven, romantische Roeping. Een gewoon mens, inderdaad. Een uitzonderlijk schrijver, dat vooral.

In Nederland beleefde Summertime zijn wereldpremière in de (voortreffelijke) vertaling van Peter Bergsma bij uitgeverij Cossee.
J.M. Coetzee • Zomertijd
  Cossee 288 blz. € 22,90 ISBN 9789059362574