Film / Achtergrond
special: Deel 4

IDFA 2010

In het laatste deel van het verslag aandacht voor kinderrechters, verkiezingsperikelen in zowel Ghana als Iran, de rooms-katholieke kerk in Mexico en de Palestijnse zaak volgens de veteraan George Sluizer.

DEEL 1 | DEEL 2 | DEEL 3 | DEEL 4

Inhoud: De kinderrechter | Homeland | An African Election | The Green Wave | Agnus dei

Een kijkje in de keuken

De kinderrechter — Dutch Competition
Maria Mok, Meral Uslu • Nederland, 2010

~

Het makersduo Maria Kok en Meral Uslu, eerder verantwoordelijk voor Longstay en Kruispost, biedt een kijkje in de keuken van de kinderrechter. Met een bijna fly-on-the-wall-achtige aanpak wordt een aantal rechtszaken gevolgd, die telkens volgens hetzelfde stramien verlopen: de verdachte komt binnen, de jeugdrechter legt kort de procedure die gevolgd gaat worden uit, de officier van justitie zegt wat de aanklacht is en vervolgens komen de partijen aan het woord. Althans: als het om mogelijk strafbare feiten gaat. Want de kinderrechter moet bijvoorbeeld ook oordelen over uithuisplaatsing van kinderen die niet meer bij hun ouders kunnen wonen. Wat leren we hiervan? Dat de zaken enorm divers zijn en redelijk informeel verlopen, dat lastig taalgebruik wordt vermeden en dat een aantal jongeren (die overigens niet allemaal herkenbaar in beeld zijn gebracht) opvallend welbespraakt zijn. Door de hoeveelheid en diversiteit van de zaken kan de film soms wat fragmentarisch overkomen, maar wellicht is dat een bewuste keuze van de makers geweest. De kinderrechters krijgen immers ook heel veel en ontzettend diverse zaken op hun bord, zodat het voor hun soms ook moeilijk moet zijn de juiste keuze te maken. (Marcel Westhoff)
Terug naar boven

Sluizers laatste

Homeland — IDFA Competition for Dutch Documentary
George Sluizer • Verenigde Arabische Emiraten/Nederland/Frankrijk/Qatar, 2010

George Sluizer heeft het aanschijn van een veteraan. Na een ernstige ziekte beweegt de 78-jarige filmmaker zich langzaam voort met behulp van twee stokken. Het kan elk moment afgelopen zijn. Dat weerhield hem er niet van om voor zijn laatste film nog een keer terug te keren naar Palestijnse vluchtelingenkampen in Libanon en de families die hij in drie eerdere films volgde. Het grote gezin van vader Hammad, die hem als zijn verloren zijn in de armen sluit. Vriend Imad Jadda, die toen streed voor de Palestijnse zaak en inmiddels ambassadeur in Colombia is. Het is een heuglijk en verdrietig weerzien. Sinds Sluizers laatste bezoek in 1982 is de situatie in de kampen er niet beter op geworden: de Israëlische bombardementen op Zuid-Libanon hebben hun sporen achtergelaten. De kans op terugkeer naar Palestijnse gebieden is nihil.

‘Hoe denk je over de toekomst?’ vraagt Sluizer dochter Seeda Hamid in elke film. In 1974 antwoordt een jong meisje, strijdbaar: ‘We zullen overwinnen.’ Een paar jaar later is ze al weifelender. In 1982, na de Israëlische inval in Libanon, is ervan die strijdlustigheid weinig over. ‘De toekomst wordt voor Palestijnen alleen maar moeilijker.’

~

Het is precies de onomwonden boodschap van Homeland, Sluizers persoonlijke manifest tegen de voortdurende onderdrukking van Palestijnen door Israël. ‘Ik wil de Palestijnen hun waardigheid teruggeven’, zegt hij aan het begin van de film. Zo voorzichtig als Sluizer voortschuifelt, zo zorgvuldig componeert hij daartoe woord en beeld. In voice-over citeert hij uitspraken van voormalige Israëlische ministers over de Palestijnse kwestie, vooral ronduit bloeddorstige van Ariel Sharon over ‘the dirty work of Zionism‘. De weergave van zijn verblijf is doorsneden met scènes uit Checkpoint, shots uit de vorige films en beelden van de vernieling van een Palestijns huis op de Westelijke Jordaanoever. De bouwmaterialen van joodse kolonisten, en – hoe wrang – de Palestijnse werklui, staan al klaar.

Het resultaat is niettemin een enigszins gefragmenteerde aaneenschakeling van situaties die zijn onverbloemde, geëmotioneerde stellingname illustreren. Dat vergt een zekere welwillendheid van de kijker, die Sluizers zeer persoonlijke geschiedenis met de familie Jadda en Hammad niet deelt. Het bereidt je gek genoeg wel voor op het spraakmakende slot, als Sluizer zich direct richt tot de comateuze Sharon en hem beticht van het allervreselijkste. Echt gebeurd? Wie zal het zeggen – de werkelijkheid verzin je niet. (Marjanne de Haan)
Terug naar boven

Campagnetijd in Iran en Ghana

Corruptie, nepotisme of het vervalsen van de verkiezingsuitslag: dat zijn toch typisch Afrikaanse en Zuid-Amerikaanse toestanden. Misschien — maar ook in een ‘volwassen’ democratie kan onrust de kop opsteken, getuige onze huidige polderperikelen. De politieke realiteit is immers vaak complexer dan we soms willen zien. Twee documentaires op IDFA over roerige verkiezingen: campagnetijd in respectievelijk Ghana en Iran.

An African Election — Reflecting Images: Panorama
Jarreth Merz • VS/Ghana/Zwitserland, 2010

Op 7 december 2008 stemde het Ghanese electoraat voor een nieuwe president. Een maand eerder arriveerde filmmaker Jarreth Merz in het land waar hij zijn vroege jeugd doorbracht. Hoe stond Ghana er nu voor? De campagnetijd bleek bij uitstek geschikt als thermometer voor de stand van het land. Merz volgde beide presidentskandidaten en interviewde tussen de bedrijven door een panel deskundigen over de Ghanese politiek.

~

Het resultaat is ronduit meeslepend. Tijdens de campagnerace ligt escalatie voortdurend op de loer, en zeker als het tot een tweede ronde komt is militair ingrijpen niet ondenkbaar. Merz brengt de spanningen op straat, tijdens de massale rallies van de concurrerende kandidaten en de verkiezingsdag zelf overtuigend in beeld. Het is erop of eronder voor Ghana, spreekt uit alles. ‘Bescherm je stembussen zoals je je moeder zou beschermen!’ roept voormalig president John Rawlings de aanhangers van oppositiepartij National Democratic Congress toe.

Het welslagen van de  democratische machtswisseling in het redelijk stabiele Ghana wordt nadrukkelijk in een Afrikaans kader geplaatst; dat blijkt alleen al uit de titel. ‘Deze film gaat voor mij in de eerste plaats over Ghana,’ zegt Merz na afloop van de vertoning, ‘maar we hebben soms bepaalde keuzes gemaakt omwille van Afrikaanse boodschap die we willen overbrengen.’ Die is in veel opzichten trouwens universeel. ‘Geen van de partijen biedt een verandering van paradigma’, zegt politiek journalist Kwesi Pratt — bekend verhaal. Wat wellicht meer typerend is voor Afrika, en waarvan Merz een helder beeld schetst, is de democratische toewijding van velen — die haaks staat op de machtshonger van enkelen. Maar hoe inzichtelijk ook, An African Election gaat eigenlijk niet over de inhoud en stipt de belangrijkste kwesties slechts kort aan. Als aan het einde van de film de winnaar bekend word gemaakt, mag je concluderen dat het verkiezingssysteem min of meer gewerkt heeft — hoera voor Afrika — maar of het verschil maakt voor de Ghanese bevolking?

The Green Wave — Feature-Length Documentary
Ali Samadi Ahadi • Iran/Duitsland, 2010

De bevolking van Iran is ongelooflijk jong: 70% van de Iraniërs is nog geen 30. Een enorm potentieel voor verzet tegen de voortdurende onderdrukking door het conservatieve regime, dat vorig jaar zomer na de schandalig verlopen presidentiële verkiezingen tot volle uitbarsting kwam. Dankzij social media kregen we in Nederland het een en ander van mee van de gebeurtenissen in Teheran, zoals de live beelden van de moord op studente Neda, gefilmd met een mobieltje.

~

Het indrukwekkende The Green Wave is een reconstructie van de zomer van 2009, gebaseerd op tweets, blogs en duizenden filmpjes die Iraniërs maakten van de demonstraties. Een ware tour de force van regisseur Ali Samadi Ahadi, die bovendien geheel buiten Iran tot stand kwam. Ahadi combineert interviews met enkele prominente dissidenten met een min of meer chronologisch verslag van de hoopvolle campagne voor oppositiekandidaat Moussavi, de ontluisterende uitslag, de massale demonstraties en brute onderdrukking ervan. ‘Waar is mijn stem?’ luidt de eenvoudige vraag van de demonstranten op straat.

De lotgevallen van twee jonge bloggers lopen als een rode draad door de film: hun persoonlijke relaas is als animatie weergegeven. De sobere, soms abstracte stijl doet denken aan Waltz with Bashir en is even confronterend. Ahadi: ‘We hebben de animaties gebruikt om de hiaten te vullen.’ Filmpjes van demonstraties en straatgeweld vertellen immers geen compleet verhaal. Wat gaat er door iemand heen die gemarteld wordt, die in voortdurende angst leeft? Het is, naast de conventionele pratende hoofden, een doeltreffende manier om solidariteit te kweken voor de mensen achter de poppetjes in het journaal.

Zijn film is een eerbetoon aan de moed van de demonstranten en de slachtoffers van het regime. Toch is The Green Wave uiteindelijk een film over hoop, aldus de in Duitsland woonachtige Ahadi. De demonstraties lieten zien dat Iran niet samenvalt met het regime — zowel in Iran als daarbuiten.  Ahadi: ‘De beweging is springlevend. De grootste uitdaging is nu om geduld te hebben.’ (Marjanne de Haan)
Terug naar boven

Familieoffer

Agnus dei — First Appearance
Alejandra Sánchez • Mexico, 2010

Het kon niet uitblijven: een film over misbruik in de rooms-katholieke kerk. Zij het geen Europese film, waar de meeste berichten over misbruik vandaan komen, maar een Mexicaanse. De jonge Jesús werd misbruikt door de priester van zijn parochie,  een uiterst complexe machtsrelatie die jarenlang duurde. Filmmaker Alejandra Sanchez neemt de tijd om Jesús’ verhaal uit de doeken te doen en snijdt al doende een belangrijke kwestie aan: hoe kan het dat de kerk kennelijk omstandigheden biedt die zo ontvankelijk zijn voor seksueel misbruik? Zo worden herinneringen van Jesús afgewisseld met opnames op een seminarie. De verleiding ligt op de loer in ‘een geërotiseerde wereld’, wordt de jonge priesters in opleiding ingeprent. Ze hebben zelf waarschijnlijk nauwelijks seksuele ervaring en elk puberaal verlangen wordt door schaamte de kop ingedrukt. Kijk wat ervan komt, lijkt Sanchez te zeggen.

Voor een ontkerkelijkt Nederlands publiek is hun jeugdige roeping tot het priesterschap opmerkelijk. Maar in de Mexicaanse samenleving speelt de katholieke kerk een rol van grote betekenis, ook in het gezin van Jesús. Vooral zijn moeder was apetrots dat haar zoon werd uitverkoren als altaarjongen en oogappel van de priester. ‘De aandacht van de priester verhoogde hun sociale status. Ze offerden mij ervoor op’, oordeelt Jesús. Agnus dei.

De intelligente jongeman heeft het trauma dankzij therapie tot behapbare proporties terug weten te brengen. Maar ‘spiritueel heeft het me gedood’, zegt hij. De tekeningen die hij maakt van zijn nachtmerries, komen in korte animaties tot leven. Foto’s gaan van twee- naar driedimensionaal. Het geeft letterlijk diepte aan Jesús’ verhaal. Minpunt is de weinig subtiele soundtrack. En al ben je geneigd er in mee te gaan, Sanchez legt  wel erg makkelijk een verband tussen de invloedrijke kerk en misbruik en gaat voorbij aan de rol van individuele priesters. Toch, als Jesús eindelijk ‘zijn’ padre confronteert met zijn daden, wordt pijnlijk duidelijk hoe machtig de katholieke mantel der liefde is. (Marjanne de Haan)
Terug naar boven