Muziek / Album

Ze besprenkelen het kampvuur met geluiden van de gitaar en zang

recensie: Kings of Convenience - Riot on an Empty Street

Wie na het vroege imploderen van het al even snel opgekomen New Acoustic Movement had gedacht dat het genre eenmalig was, kan nu gerust zijn hart ophalen. Want het lange wachten, en misschien nog sterker, het heftige hopen, wordt beloond. Het tweede album van de Kings of Convenience is een feit. Ondanks de remixes van het debuut Quiet Is The New Loud en de uitstapjes als DJ en Solo-artiest door één King of Convenience, Erlend Øye, lijkt het, uitgaande van de nieuwe plaat Riot on an Empty Street er op dat de twee jonge Noren de afgelopen jaren niet buiten zijn geweest. Want op een enkele details na, klinkt het nieuwe allemaal behoorlijk vertrouwd in de oren.

Het was rondom het debuut van de Kings of Convenience dat nog een aantal akoestisch getinte bandjes een plaat uitbracht. Gemakshalve werden die bandjes destijds allemaal op een hoop, en wel in de bak van de New Acoustic Movement, geworpen. Bands als I Am Kloot, Turin Brakes en Badly Drawn Boy werden vreemd genoeg en op meerdere vlakken niet geheel passend, gezien als afgevaardigden van de beweging. Maar het waren juist de Kings of Convenienve bij wie het jasje van de New Acoustic Movement als gegoten zat.

Reïncarnatie met een eigen gezicht

~

Net als op het debuut Quiet Is The New Loud klinken de Kings of Convenience op de nieuwe plaat Riot on an Empty Street als de reïncarnatie van Simon & Garfunkel en niet als in de ‘oude lullen’-uitvoering van de huidige tour. Nee, de Noren klinken net zo harmonieus, eendrachtig, warm en evenzo spannend als de topplaat Bookends van hun evenbeelden uit de jaren ’60. En wat de Kings of Convenience mooi maakt is de continue verstrengeling van de stemmen van de beide heren. De ene keer neemt Erlend Øye de hoge zangpartijen voor zijn rekening en doet Eirik Glambek Bøe de lagere geluiden, de andere keer is het precies andersom. Nergens wordt het evenwicht verbroken. Daarnaast is er nog de toevoeging van de klagerige, maar prachtige zangstem van de zangeres Feist, die het album laat onderscheiden van het debuut.

Meer schwung dan de voorganger

De plaat begint ongelofelijk sterk met het schitterende Homesick en het krijgt een goed vervolg met het tweede, meer up-tempo-nummer Misread. Daarna wordt het qua euforie ietsje minder, hoewel Cayman Islands, Stay Out of Trouble en Live Long zo op Quiet is the New Loud hadden gekund. Toch heeft de plaat een andere structuur dan zijn voorganger. Het heeft meer schwung, leeft meer en is, bijvoorbeeld bij Love is no Big Truth, zelfs dansbaar. Of dit door de ervaringen van Erlend Øye op het gebied van dance komt, valt te betwijfelen, want het album ademt nog steeds Radio 2 en zit het daarvoor te vast genageld aan het geluid van hun versie van de New Acoustic Movement. Maar wat is dat geluid toch weer enerverend en mooi.