Theater / Achtergrond
special: De talentenjacht onder de theaterstudenten

ITs Festival 2008

.

~

Op alweer de 19de editie van het ITs Festival (18 tot en met 28 juni) staan makers van de toekomst volop in the picture. De verschillende opleidingen in Nederland die toneel, dans, mime, regie, kleinkunst en muziektheater onderwijzen, hebben zich al langer aan het festival verbonden, nu wordt het tijd om over de landsgrenzen te kijken. Het is niet voor niets de ambitie van artistiek directeur Theu Boermans om in de komende periode uit te groeien tot het meest belangwekkende theaterstudentenfestival van Europa.

Tijdens deze editie staan er weer zo’n 80 voorstellingen van jonge makers geprogrammeerd. Daarnaast is er voor het tweede jaar een door de studenten zelf geïnitieerde serie debatten met prominenten uit het artistieke veld. Om de internationale ambitie van het ITs Festival luister bij te zetten zal het ook de tweede keer zijn dat Insted, de internationale organisatie voor jonge regisseurs, Amsterdam aandoet. Een groep internationale regisseurs zal zich een week lang onderdompelen in regievoorstellingen, nagesprekken en workshops. Aan het eind geven zij een presentatie.
Trip – Choreografie: Chris Leuenberger, Julia Jadkowski, Lea Martini
Gezien op 25 juni 2008 • De Brakke Grond, Amsterdam

fotograaf: Barbara Braun

fotograaf: Barbara Braun

Langzaam vallen hun monden open. Steeds wijder, totdat hun hele gezichten bijna openscheuren in een verkrampte, geluidloze schreeuw. Chris Leuenberger en Lea Martini kijken ons maniakaal aan, hun kwijl druipt traag. Er ontstaat een beweging, bijna niet waar te nemen, maar dan steeds sneller en groter. Een stilering van euforische, juichende gebaren worden gekmakend vaak herhaald. Als in trance rennen ze steeds weer op ons af met die vervormde gezichten. Woest stampend slaan ze zichzelf op de borst, steken hun vuisten in de lucht, rennen in cirkels en storten zich op de vloer. Komisch én beangstigend. Wat is dit voor iets krankzinnigs? We horen een permanente soundscape die het midden houdt tussen een hartslag en vervormd, krakend publieksgejuich. Alsof ze gevangen zijn in een loop waar geen ontsnappen aan is en gedwongen worden een ritueel van zelfkastijding af te draaien. Een hysterisch enthousiasme als een soort Sjiitische Ashura. Soms is er angst, vermoeidheid en pijn in hun blik te zien. Op andere momenten extase, binnenpretjes en overgave aan de beweging. Ze vallen plotseling stil en kijken berustend de zaal in, om opeens weer te worden voortgestuwd. Hun kalmte tijdens de spannende stiltes werkt extra vervreemdend. Het spel is fascinerend ondanks de herhalingen. Waarom doen ze zichzelf en ons dit aan? Er komt geen antwoord. Desoriënterend en fantastisch, dit is echt een Trip.

Chris Leuenberger won vorig jaar de ITs Choreography Award met zijn voorstelling White Horse (an attempt at live therapy): een voorstelling die hij samen maakte met Lea Martini. In White Horse vertelden zij zeer intieme anekdotes uit hun privéleven. Door het opbiechten van deze pijnlijke ervaringen schiepen ze een krachtige ervaring van emotioneel medeleven. Leuenberger maakte Trip samen met Julia Jadkowsk en Lea Martini. Jadkwosk was geblesseerd en speelde helaas niet mee. Trip roept een vergelijkbaar gevoel van empathie op als White Horse, maar doet dit juist door het oproepen van fysiek medeleven.

Het spel is een moorddadige uitputtingslag maar blijft ongrijpbaar mooi. Als tot slot van de voorstelling, na een bijna orgastische climax de dansers in kleermakerszit op de grond zakken wil Trip nog steeds geen antwoord geven op de vragen die het stuk oproept. Martini mompelt richting het publiek: “It will take five more minutes. If you have something to say. You’re very welcome to do so“. Het licht gaat heel langzaam uit, niemand geeft antwoord. De verpletterende indruk die Trip in uitgeklede vorm maakt doet verlangen naar de complete versie. (Daniël Bertina)
Terug naar boven

Zoet verhaaltje
Liefde – Regie: Wim Helsen, Dennis van Galen
Gezien op 25 juni 2008 • Theater de Engelenbak, Amsterdam

fotograaf: Shanne de Wit

fotograaf: Shanne de Wit

Soms doet het verhaal er weinig toe. De cabaretier neemt je vanaf het begin meteen mee in zijn enthousiasme. Dat is de voorstelling Liefde van Esteban. Een vrolijke jongen in een geel-paars fluor trainingspak (of bijenpak) met wilde halflange krullen vertelt zijn herinneringen over zijn jeugd in Schaarsbergen en zijn jeugdliefde Janneke.

Vanaf het begin dat Esteban opkomt weet hij het publiek voor zich te winnen met zijn ontwapende lach. Vertederend begint hij te vertellen hoe hij als klein jongetje van zeven met zijn stille beste vriendje Jeff door het bos fietst, langs het winkeltje waar ze de lekkerste lollies hebben om zo via een kronkelweg bij een grote es te komen waar ze in klimmen. En dan is daar ineens Janneke. De eerste grote verliefdheid van Esteban als hij pas zeven is. Beeldend vertelt hij hoe lief en slim zij is, hoe zijn allergie voor bijen zijn jeugd heeft beïnvloed en over zijn liefde voor bladeren en in bomen klimmen.

Met een komische noot vertelt hij over alledaagse situaties, maar ook over momenten die je soms even een wenkbrauw omhoog doen gaan. Zo vertelt hij over de vele foto’s die zijn ouders namen van hem op het naaktstrand. Ook het eerste moment dat hij werd gestoken door een bij weet hij net iets spannender te maken door met een ondeugend blik dubbelzinnige woorden te gebruiken. Zijn vriend Jeff begeleidt hem als een stille schaduw op de piano zonder een woord te zeggen of maar van blik te veranderen. Toch weet hij op een paar momenten zijn 15 seconds of fame te pakken, wanneer hij eigenwijs het deuntje van Batman inzet om Esteban te pesten.

Liefde is een zoet verhaaltje over vroeger. Esteban laat zien dat hij de potentie heeft om een grote cabaretier te worden. Hij draait niet simpel zijn verhaal af, het verhaal begint te leven door zijn beeldende vertelling. In gedachten zie je de gebeurtenissen die hij vertelt. Tijdens zijn performance verliest hij geen moment het publiek uit het oog. Hij reageert ad rem op reacties in de zaal en heeft er ook geen probleem mee om zichzelf soms even te kijk te zetten en te lachen om zijn eigen teksten. De zoete klanken waarmee hij de liedjes van Toon Hermans zingt, bewijzen dat hij meer in zich heeft dan alleen de clown op de vloer. (Mariëlla Pichotte)
Terug naar boven

Vragen om een reactie
Oh?!Hallo – Regie: Romana Vrede
Gezien op 24 juni 2008 • Frascati 2, Amsterdam

Hoe reageren we als een vreemde opeens Oh?! Hallo zegt, je naroept op straat of gewoon in de trein naast je komt zitten. Zeggen we dan beleefd iets terug, beginnen we een gesprek of negeren we de vreemde? Bram van der Heijden en Isil Vos, vierdejaars studenten aan de ArtEZ toneelschool onderzochten voor deze voorstelling wat er kan gebeuren als je ergens op straat of in de trein een vreemde ontmoet. Het resultaat is wat je mag verwachten: alle clichés en meer. Het meer zit hem vooral in de verassende wendingen in de voorstelling. Het duo heeft uiteenlopende herkenbare reacties in een snelle dynamische en komische voorstelling verwerkt. Korte sketches van een ontmoeting tussen twee volslagen vreemden op een bankje en de verschillende reacties op één ontmoeting wisselen ze af met moderne dans en enkele filmfragmenten op de achtergrond. Een belangrijke rol is hierbij weggelegd voor de hit Clint Eastwood van de virtuele band Gorillaz.

fotografie: Hanna Donker, Simone Trum

fotografie: Hanna Donker, Simone Trum

Voor de voorstelling eindelijk van start gaat, moeten we nog eerst nog ruim tien minuten luisteren naar het betoog van Isil tegen Bram waarom het oké is dat het publiek niet op de linkerrij banken is gaan zitten, maar automatisch op de tribune rechts. Dat zij drie weken gerepeteerd hebben met een andere opstelling, maar dat ze nu buiten hun kader moeten treden. Het verrassingseffect dat we als publiek moeten luisteren en kijken naar twee ruziënde acteurs, werkt. Je ziet het publiek verbaasd kijken en denken. Vooral als ook de technicus zich met de woordenstrijd op het toneel bemoeit. En net voordat het geruzie te lang wordt om naar te kijken, geeft Bram toe, dat ze hun ingestudeerde bewegingen moeten omdraaien en spiegelen, omdat het publiek aan de andere kant zit. Het duo is klaar voor de de echte voorstelling over ontmoetingen.

Isil en Bram nemen het meest voor de hand liggende gegeven: de reactie op een vreemde. Ze weten daar het publiek ruim een uur mee te boeien. De timing van deze spelers is bijna perfect. De snelle wisselingen tussen dans, spel en filmfragmenten gecombineerd met luisterbare hiphop die op volle sterkte uit de speakers komt, smaken naar meer. Voor een zogenaamd geïmproviseerd en gespiegelde voorstelling geven Isil en Bram niet de indruk dat het ze moeite kost. Na afloop van Oh?!Hallo valt opeens het kwartje, zij spiegelen niet hun voorstelling, maar zij houden ons een spiegel voor met onze reacties op een vreemdeling. (Mariëlla Pichotte)
Terug naar boven

Prestatie niet voorbij lastige molshopen
Zus van – Begleiding: Ineke Eldering
Gezien op 24 juni 2008 • Frascati 2, Amsterdam

fotograaf: Rob Wolvenne

fotograaf: Rob Wolvenne

Een goede toneeltekst kan, gebracht door een sterke acteur, bij wijze van spreken ook in het donker worden opgevoerd. De juiste mimiek, de kracht en intonatie van de stem brengen het stuk tot leven. In de monoloog Zus van, gebaseerd op een figuur uit het verhaal Antigone uit de Griekse mythologie, draait alles om de tekst. Het duurt even voordat het publiek doorheeft dat dit Ismene is, een figuur uit de Griekse mythologie. Ze is de zus van Antigone en dochter van koningin Iokaste van Thebe en haar zoon Oedipus. We horen het verhaal van een vrouw die altijd in de schaduw heeft geleefd van haar heldhaftige en wereldberoemde zus. En nu na drieduizend jaar doet ze eindelijk haar eigen verhaal.

Actrice Karlijn Zenta Smit heeft het zichzelf niet gemakkelijk gemaakt door deze tekst van Lot Vekemans te kiezen. Elsie de Brauw (NT Gent) ging haar voor en ontving voor deze rol een nominatie voor de Theo d’Or 2005. Nu, drie jaar later, kijken we naar de vertelster die tussen elf molshopen en een hoopje kleren staat. In deze monoloog begint Ismene met hoe zij opkeek tegen haar zus, om vervolgens in haar eigen woorden het verhaal rond Antigone en Thebe rechtstreeks aan het publiek te vertellen. Soms dwaalt ze rond tussen de hopen en praat ze in zichzelf.

De op zich fascinerende tekst is misschien iets te hoog gegrepen voor Smit. Ze mist de kracht en de emotie in haar stem om de voorstelling een uur te dragen en de aandacht volledig naar zich toe te trekken. Op de momenten dat Ismene in zichzelf praat, heeft Smit de emotie en kracht in haar stem om de aandacht van de aanwezigen te pakken. Maar zodra ze rechtstreeks tegen het publiek praat, lijkt het soms alsof ze haar tekst opleest. Het gevolg is dat je als toeschouwer je aandacht even naar de molshopen en het hoopje kleren verplaatst. Waarom liggen kleren ogenschijnlijk betekenisloos op een hoopje zonder aangeraakt te worden? Waarom hoort Ismene honden aankomen? Wat heeft ze de afgelopen drieduizend jaar gedaan? Vragen die er eigenlijk niet toe doen, maar door het verslappen van de aandacht ineens belangrijk worden. Zo blijven na de voorstelling meer vragen over dan antwoorden. En dat is jammer. Smit heeft ondanks dat haar stem en haar acteerprestaties de voorstelling niet kunnen dragen, toch geprobeerd om een sterke Griekse anti-heldin even uit de schaduw van haar zus te trekken door haar een stem te geven. (Mariëlla Pichotte)

~

De student van de HKU begint als een keurig onopvallende jongen in een spencer. In zijn kamer oefent hij tussen de posters van Donald Duck en zijn Disney knuffels het muziekstuk Fur Elise op zijn keyboard. Maar zodra zijn ouders weggaan, verandert hij in een opstandige puber van vijftien die zijn spencer en overhemd verruilt voor een Australian trainingsjas, gouden schakelketting, kaal hoofd en een bomberjack. Het stereotype gabber zoals we ze zagen loopt op straat. De posters van Disney verruilt hij voor zwarte posters van the Masters of Hardcore. Vanuit de stereo naast het keyboard klinkt opeens snoeiharde house die de hele voorstelling door in fragmenten te horen is. Tussen de stroboscoopeffecten zien we Zipson hakken en plastic potten uit een kast pakken. Later legt hij met een gezicht strak van de XTC het verschil tussen de verschillende soorten drugs uit, die op de feesten van hand tot hand gingen. Zipson vertelt op een open en een humoristische manier het verhaal van een jongen die helemaal opgaat in de gabbercultuur en uiteindelijk in aanraking met de politie komt. Maar aan de andere kant ook gewoon een kleine jongen is, die zich veilig voelt op de zolder van zijn ouders tussen zijn knuffelbeesten. Op zijn eigen manier laat hij het publiek kennismaken met de jongens achter de vervaarlijk uitziende gabbers.

Het is moeilijk te begrijpen waar Zipson naar toe wil en wie hij nou speelt. Zijn het zijn eigen herinneringen of speelt hij een type? Het verhaal is warrig. De scènes waartussen hij in snel tempo schakelt hangen losjes aan elkaar. Zipson barst van de energie en blaast zich zonder remmingen door de voorstelling heen. Het lijkt alsof hij vooral een poging doet zoveel mogelijk gekke gezichten te trekken in vijfenveertig minuten. Dat hem overigens lukt. Zipson heeft een sterke mimiek die zelfs op de achterste rij van de tribune op de lachspieren werkt. Als hij die energie ook in de uitwerking van de voorstelling steekt, kan de voorstelling nog wat worden. (Mariëlla Pichotte)
Terug naar boven

Met een quarterlife crisis
Acht – Regie: Domien van der Meiren
Gezien op 21 juni 2008 • Compagnietheater, Amsterdam

Tijdens het ITs festival willen acht vierdejaars studenten van de Toneelacademie Maastricht een verhaal maken voor de wereld. Ingrediënten: hilarische zwarte humor, onverwachte wendingen en de klassieke hoogtepunten van het leven: geboorte, verliefdheid, huwelijk en dood. Eigenlijk niets anders dan een dag uit het leven van een twintiger met een quarterlife crisis.

~

Acht is een heropvoering van de toneeltekst Het koude kind van de Duitse schrijver Marius von Mayenberg. Twee jaar geleden werd het stuk door regisseuse Maaike van Langen voor de Theatercompagnie bewerkt en kreeg de voorstelling veel lof. Dit jaar staat de toneelvoorstelling tijdens het ITs festival opnieuw met geweldige acteurs in het Compagnietheater. Zes twintigers en een ouderechtpaar komen elkaar tegen in het hippe café Polygaam, een naam die lading en de onderhuidse spanningen van de personages goed dekt. De twintigers in een quarterlife crisis hebben een identiteitscrisis, ze weten niet meer wie ze zijn en waar ze naar toe willen in hun leven. De acht zijn via verschillende lijnen met Lena, studente Egyptologie verbonden. Alejandra Theus is in haar rol van Silke onvergetelijk. Als echtgenote en onverschillige jonge moeder verkiest ze haar Campari-jus en sigaret boven dochter Nina die in de maxicosi ligt. Geen enkele keer ontfermt ze zich over het kind of werpt ze een blik in de maxicosi. Haar man Werner daarentegen verliest Nina tot aan de ontknoping van zijn geheim geen minuut uit het oog. Op de juiste momenten weet Theus de aandacht op zich te richten en geeft ze alles. Terwijl de andere acteurs zich het grootste deel van de voorstelling vooral uiten met geschreeuw en hysterie, blijft Theus opvallend kalm ondanks haar onderdrukte woede. Het is de combinatie van de intonatie van haar stem en de grote zwarte bril op haar neus, die haar sterke acteerprestaties extra onderstrepen.

De acht acteurs beheersen het snelle, absurde cynisme van de tekst goed. Maar ondanks hun sterke acteerprestaties loopt de toneelvoorstelling vast op onduidelijke overgangen. De verhaallijnen van de verschillende personages lopen door elkaar en niet altijd in chronologische volgorde. De schakelingen binnen een scène van een personage zijn hier en daar te abrupt, waardoor het soms niet duidelijk is of het fantasie of realiteit is. Ondanks dit minpuntje is het 75 minuten genieten van andermans leed en sterke acteerprestaties. (Mariëlla Pichotte)
Terug naar boven