Film / Films

Monument voor de marine

recensie: The Caine Mutiny

The Caine Mutiny is een film met veel gezichten. Oorlogsfilm, rechtbankdrama, politiek pamflet en liefdesgeschiedenis. Deze samenwerking tussen Stanley Kramer en Edward Dmytryk, naar de Pulitzer-prijswinnende roman van Herman Wouk, overtuigt op bijna alle fronten.

~

De jonge en onervaren marine-officier Willis Keith (Robert Francis) wordt op de Caine gestationeerd, een aftandse en afgeragde mijnenveger die al veel oorlogsactie heeft meegemaakt. Om Keith wat wegwijs te maken laat de kapitein hem rondleiden door twee collega-officieren: het rechtdoorzeetype Maryk (Van Johnson) en de cynische schrijver Keefer (Fred MacMurray). Als er een nieuwe kapitein wordt toegewezen aan de Caine reageert Keith enthousiast. Deze Queeg (Humphrey Bogart) is namelijk wel fan van een stevige discipline.

Paranoïde

Queeg is een veteraan met vele gevechtsuren achter zich, en het is niet echt duidelijk waarom hij naar de Caine is gestuurd. Maar dat verandert snel. Queeg laat namelijk een opvallend gebrek aan leiderschap, oordelend vermogen en moed zien. Hij focust zich op de regels en beschikt niet over de voor een leider zo belangrijke brede blik. Hij beseft zijn tekortkomingen maar tracht die te verdoezelen door een web van leugens en beschuldigingen. Keefer is ervan overtuigd dat Queeg paranoïde is en weet Maryk en Keith over te halen om hem van zijn functie te ontheffen. Tijdens een heftige storm escaleert de strijd en Queeg delft het onderspit. Niet tegen Keefer, die zijn theorieën niet durft om te zetten in actie, maar tegen de loyale Maryk.

Het tweede deel van de film speelt zich af in de rechtbank, waar Maryk hoogverraad ten laste wordt gelegd. Barney Greenwald (José Ferrer), de advocaat die Maryk verdedigt, gelooft niet echt in diens kansen maar dat weerhoudt hem er niet van stevig in te hakken op de openbaar aanklager en op Queeg. Ferrer hakt echter subtiel, en hij hanteert de juridische teksten als een scalpel waarmee hij Queeg tot in de kern weet te raken. De memorabele confrontatie tussen de superbe acteurs Bogart en Ferrer vormt er een schoolvoorbeeld van hoe drama te creëren in een rechtbank. Humphrey Bogart speelde eerder een geobsedeerd type dat door twijfel wordt opgevreten in Treasure of the Sierra Madre. Hier speelt hij het echter subtieler. Queegs psychose is voelbaar maar staat nooit op de voorgrond. Hij is het product van zijn verleden, een man die te veel heeft gezien en meegemaakt en langzaam wordt gesloopt door zijn herinneringen. Als Queeg ten slotte breekt onder Greenwalds vragenvuur, is dat moment vooral erg pijnlijk om te zien. Maryks gelijk wordt bewezen, maar de prijs is hoog.

~

Communisten

Terugkijkend is het niet moeilijk allerlei politieke ladingen aan de film mee te geven. Stanley Kramer stond bekend als een liberaal, en een parallel tussen Queeg en senator Joseph McCarthy is snel getrokken. McCarthy was hét symbool van de naoorlogse jacht op de communisten, en de verpersoonlijking van de paranoïde houding die bezit genomen had van iedereen die zich toen een godvrezend Amerikaan noemde. Edward Dmytryk was ooit lid van de Hollywood 10 (de lijst van scriptschrijvers die bekend stonden als communisten en die nergens meer aan de bak kwamen), maar om zijn carrière te redden besloot hij mee te werken met de anticommunisten. Of Dmytryk iets van zichzelf zag in Maryk, de man die dacht goed te doen en vooral bezig was om zijn acties te verdedigen, is voer voor speculatie.

Tijdens een borrel na afloop van het proces spreekt Greenwald alle betrokkenen aan op hun keuzes en gedrag. De advocaat maakt duidelijk dat ze nog veel moeten leren over moed, loyaliteit, leiderschap en plichtsgetrouwheid. Hij benadrukt het belang van mannen als Queeg, die zichzelf wegcijferen voor hun land en op wacht staan als iedereen slaapt. Het is een krachtig pleidooi voor defensie en patriottisme. Jack Nicholson moet goed gekeken hebben naar Ferrer, want zijn monoloog in A Few Good Men doet er sterk aan denken. The Caine Mutiny is uiteindelijk vooral een monument voor de marine, een instituut dat in 1954 onder vuur lag en ook nu nog veel uit te leggen heeft.

De dvd bevat een audiocommentaar en een mooie documentaire in twee delen over de ontstaansgeschiedenis en de productie van de film en de filmmakers Kramer en Dmytryk.