Muziek / Album

De stilte voor de storm

recensie: Thom Yorke - The Eraser

.

Foto: Tom Sheehan
Foto: Tom Sheehan

De elektronische experimenten zoals die met name waren te horen op Kid A (2000) en Amnesiac (2001) hadden op Hail to the Thief (2003) al succesvol plaatsgemaakt voor een symbiose van de rock ’n roll-kant van de band en de liefde voor elektronica. Nu The Eraser, de eerste soloplaat van Thom Yorke die hij gedurende de laatste paar jaar opnam, is verschenen, blijkt dat Yorke toch wel erg verknocht is aan de ongekende mogelijkheden van de computer. Kort door de bocht: Radiohead doet weer meer de rock ’n roll, Yorke solo de elektronica.

Emotionaliteit

The Eraser roept vanwege dit onderscheid meteen associaties op met Kid A. Wat betreft de rol van elektronica gaat die vergelijking zeker op, ook ontbreken op The Eraser de klassieke songstructuren en hooks, zoals die ook op Kid A onbraken. Yorke schrijft niet echt liedjes, maar hij maakt gebruik van vrijere vormen die direct uit hem en de computer lijken voort te vloeien, met een grote rol voor de hypnotiserende werking van herhaling. De vergelijking loopt echter spaak op de emotionaliteit van beide albums. Kid A was bewust een emotieloze plaat. Het was een artificieel kind dat geboren leek uit virtuele ouders. Een kind dat ondanks de vele technologische ontwikkelingen niet de mogelijkheid had om daadwerkelijk te voelen of gevoel over te brengen. Het was juist die kilte die Kid A zo boeiend maakte. Een plaat om het koud van te krijgen, een gevoelloos document dat hierdoor een breed scala aan gevoelens opriep bij de luisteraar.

The Eraser is heel anders. Het is juist wel een emotioneel album. De onderwerpen zijn nog steeds hetzelfde, de nummers gaan weer over de verkniptheid van deze tijd. Over het veel te snel gaan, zonder tijd te hebben om zelf na te denken. Ook is Yorke verregaand bezorgd om het milieu en de opwarming van de aarde. Het zijn telkens terugkerende thema’s voor hem. The Eraser is in al zijn kunstmatigheid eigenlijk heel menselijk, Thom Yorke staat heel dicht bij de luisteraar – dichter dan ooit – en dat geeft het album een heel andere sound dan het eveneens elektronische Kid A. Het klinkt alsof je wordt uitgenodigd om drie kwartier lang in de ziel van Yorke te kijken, in wat zich afspeelt in zijn bovenkamer en in wat hem bezighoudt. Je wordt direct door hem aangesproken, hij klinkt heel ingehouden, bedachtzaam zonder uitbarstingen, de stilte voor de storm, voor het grote uitwissen van de aarde door stijgend water, hebzucht en oneerlijkheid. The Eraser is een plaat met overtuiging en daarbij een overtuigende plaat.

Koptelefoonplaat

Yorke mist solo wel een fractie van de klasse van de band als geheel. Ondanks de prachtige productie van Nigel Godrich, die van The Eraser een echte knisperende koptelefoonplaat maakte, mist Yorke zijn bandleden met name in het behoud van spanning. Niet alle tracks doen evenveel recht aan dit verder uitstekende album, dat net als de platen van Radiohead met elke keer luisteren beter wordt. Al voel je dat het plafond bij The Eraser eerder bereikt zal zijn dan bij bijvoorbeeld OK Computer, Kid A en ook Hail to the Thief die jaren na dato nog steeds terrein zijn voor schatgravers.